Basisformules

1e les
We gaan een start maken met economie.
Daarna gaan we starten met basisformules
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

1e les
We gaan een start maken met economie.
Daarna gaan we starten met basisformules

Slide 1 - Diapositive

Economie

Slide 2 - Carte mentale

Basisformules
We gaan starten met de uitleg van wat basisformules.

Slide 3 - Diapositive

Weken en maanden
1 jaar = .... weken
1 jaar = ... maanden

Slide 4 - Diapositive

Weken en maanden
1 jaar = 52 weken
1 jaar = 12 maanden

  • 1 maand is nooit 4 weken --> 4 x 12 maanden = 48 weken
  • 1 maand is 30 of 31 dagen --> behalve februari (28)
  • 7 dagen x 4 = 28 dagen per maand --> klopt niet!!

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Stel je verdient € 10 euro per week hoeveel is dat dan per maand?

Slide 7 - Question ouverte

Stel je verdient € 10 euro per week hoeveel is dat dan per maand?
€ 10 x 52 : 12 = € 43,33

Wat moet je niet doen!

€ 10 x 4 = € 40 --> dus loop je € 3,33 mis!!

Slide 8 - Diapositive

1) €50 per week is hoeveel per maand?

2) €15 per maand is hoeveel per week?

3) € 12 per week is hoeveel per jaar?

Slide 9 - Question ouverte

1) €50 per week is hoeveel per maand?

2) €15 per maand is hoeveel per week?
3) € 12 per week is hoeveel per jaar?

1) €50 per week is hoeveel per maand?
€50 x 52 : 12 = € 216,67
2) €15 per maand is hoeveel per week?
€ 15 x 12 : 52 = € 3,46
3) € 12 per week is hoeveel per jaar?
€ 12 x 52 = € 624

Slide 10 - Diapositive

Percentage van een getal
Aantal of bedrag = percentage : 100 x totaal

Op een fiets van € 350 krijg je 15% korting. Hoeveel korting is dat?

- maak van het percentage een decimaal getal          --> 15 : 100 = 0,15
- vermenigvuldig het decimale getal met het totaal --> 0,15 x € 350 = € 52,50

Slide 11 - Diapositive

Een telefoon kost normaal €550, maar je krijgt nu 17% korting.
Hoeveel is korting is dat?

Slide 12 - Question ouverte

Een telefoon kost normaal €550, maar je krijgt nu 17% korting.
Hoeveel is korting is dat?
17 : 100 = 0,17
0,17 x € 550 = € 93,50

Of

17 : 100 x € 550 = € 93,50

Slide 13 - Diapositive

1) Een klas heeft 25 leerlingen en 28% is een meisje. Hoeveel meisjes zijn er?

2) Normaal kost een blikje cola € 2,50 maar je krijgt nu 27,5% korting. Hoeveel korting is dat?

3) Je inkomen is € 1300 en 14% daarvan geef je uit aan boodschappen. Hoeveel geef je uit aan boodschappen?

Slide 14 - Question ouverte

1) Een klas heeft 25 leerlingen en 28% is een meisje. Hoeveel meisjes zijn er?

28 : 100 x 25 = 7 meisjes


2) Normaal kost een blikje cola € 2,50 maar je krijgt nu 27,5% korting. Hoeveel korting is dat?

27,5 : 100 x € 2,50 = € 0,69


3) Je inkomen is € 1300 en 14% daarvan geef je uit aan boodschappen. Hoeveel geef je uit aan boodschappen?

14 :  100 x € 1300 = € 182


Slide 15 - Diapositive