2. EXAMEN SCHRIJVEN – LOCATIE HOFSTRAAT – 60 MINUTEN: maandag 23 januari 2023 & herkansing maandag 13 februari 2023 3. EXAMEN SPREKEN – LOCATIE HOFSTRAAT – PRESENTATIE 4-6 MINUTEN: 20&27 maart 2023. 4. EXAMEN GESPREKKEN – LOCATIE HOFSTRAAT – GESPREK 6-8 MINUTEN: nog niet bekend.
Onderdeel LEZEN & LUISTEREN: 50% eindcijfer Nederlands
Onderdeel Schrijven, spreken en gesprekken: 50% eindcijfer Nederlands
Slide 2 - Diapositive
Planning VEZO320AH
20230206: Spreken 1 v 4
20230213: Spreken 2 v 4
20230220: Spreken 3 v 4
20230313: Spreken 4 v 4
20230320: Spreken examen
20230327: Sprekenexamen
Slide 3 - Diapositive
06-02: Lesdoelen
Introductie examen Spreken
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Het examen Spreken: beoordeling
Samenhang: heb je een logische opbouw aangebracht in je presentatie?
Afstemming op doel: heb je je gehouden aan de opdracht? Is de presentatie doelgericht?
Afstemming op publiek: heb je het woordgebruik en de toon aangepast aan de doelgroep?
Woordenschat en woordgebruik: heb je een redelijk goede woordenschat? Dit laat je zien door te variëren in woordgebruik. Je gebruikt veelvoorkomende voorzetsels (zoals voor, achter, boven, door) vrijwel altijd goed.
Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing: Je bent duidelijk verstaanbaar. Je spreektempo is normaal. Je laat zien dat je de grammatica redelijk beheerst doordat de meeste zinnen goed gevormd zijn. De werkwoordsvormen zijn over het algemeen correct.
Slide 6 - Diapositive
Het examen Spreken: voorbereiding
Hulpmiddelen
PowerPoint of Prezi gebruik je niet om de aandacht te trekken;
Gebruik niet te veel kleurtjes, bewegingseffecten en emoticons. Dit leidt je publiek alleen maar af.
Gebruik afbeeldingen, tabellen en filmpjes alleen ter ondersteuning van je verhaal. Je kunt deze natuurlijk wel verwerken in PowerPoint of Prezi en laten zien tijdens je presentatie.
Slide 7 - Diapositive
Het examen Spreken: voorbereiding
Houding
Sta rechtop, schouders recht en adem rustig (geen handen in je zakken!);
Loop een keer heen en weer in plaats van stil te staan op één plek;
Ga aan de zijkant van het scherm of bord staan als je iets laat zien;
Gebruik je armen en je handen als je iets uitlegt;
Kijk je publiek zo veel mogelijk aan als je praat en maak oogcontact;
Straal trots en enthousiasme uit. Jij bent de expert van jouw verhaal.
Slide 8 - Diapositive
Het examen Spreken: voorbereiding
Stemgebruik
Spreek duidelijk, rustig en verstaanbaar. Articuleer!
Laat af en toe pauzes vallen tussen je zinnen;
Doe alsof je een verhaal vertelt aan een bekende, dit helpt om je stem zo natuurlijk mogelijk te gebruiken;
Spreek op een boeiende manier: gebruik intonatie, dit maakt je publiek nieuwsgierig;
Benadruk bepaalde uitspraken om verschil te maken of iets te laten opvallen.
Slide 9 - Diapositive
Het examen Spreken: voorbereiding
Afstemming
Stem je informatie en taalgebruik af op je publiek;
Gebruik bij een presentatie aan onbekenden en volwassenen ‘u’;
Gebruik bij een presentatie aan leeftijdsgenoten ‘je’ en ‘jij’;
Gebruik bij een uitleg aan kinderen gemakkelijke woorden en korte zinnen.
Slide 10 - Diapositive
Werkvorm
Slide 11 - Diapositive
Het examen Spreken
Presentatie voor de klas: 4-6 minuten: onderwerp van het examenboekje.
Een monoloog: jij praat en de examinatoren luisteren.
Na afloop: stellen de examinatoren nog een paar inhoudelijke vragen.
Deelonderwerpen. Minder dan 80% van de deelonderwerpen besproken? = een onvoldoende.
Je mag een PowerPoint of Prezi presentatie gebruiken.
Slide 12 - Diapositive
Het examen Spreken Werkvorm
DIA OVER JOUW WERKGEVER:
Wat: Maak twee dia's over jouw werkgever. Verwerk: aantal locaties, aantal werknemers, aantal zorgvragers, motto, foto's, enzovoort.
Hoe: in drietallen achter een laptop. Mail elkaar de verbeterpunten
Wanneer: 20 minuten de tijd.
Waarom: te verwerken in jouw presentatie.
Wat als je klaar bent: pak het handboek er bij en lees pagina 96-103 door.
timer
20:00
Slide 13 - Diapositive
Het examen Spreken
Inleiding, middenstuk en slot heeft (opbouw en samenhang), dat het doel van de presentatie duidelijk is en dat je rekening houdt met de (voorkennis van) de luisteraar.
Verder moet je tijdens de presentatie laten zien dat je woordenschat voldoende is en dat je presentatie goed verstaanbaar en in begrijpelijk Nederlands is.
Een uitgeschreven presentatie voorlezen mag niet. Een lijst met steekwoorden mag.