Omschrijf met 1 woord hoe jij voelt in deze coronatijden.
1 / 25
suivant
Slide 1: Carte mentale
Maatschappelijke vormingSecundair onderwijs
Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Omschrijf met 1 woord hoe jij voelt in deze coronatijden.
Slide 1 - Carte mentale
Met welke activiteiten vul jij je dagen?
Slide 2 - Question ouverte
A = waar
B = niet waar
Slide 3 - Diapositive
Tot nu toe genezen de meeste mensen weer van een infectie met het nieuwe coronavirus... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
Kunnen middelen als paracetamol en ibuprofen helpen tegen het virus?
A
Nee, paracetamol en ibuprofen helpen niet om van het virus te genezen, maar kunnen klachten van koorts en hoofdpijn verminderen.
B
Nee, paracetamol en ibuprofen kunnen de klachten wat verminderen, maar helpen niet om van het virus te genezen.
Slide 5 - Quiz
Je kunt het virus binnenkrijgen via mond, neus én ogen... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Door hoesten en niezen komt het virus via kleine druppeltjes in de lucht terecht, waar het blijft zweven en zich verder kan verspreiden... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quiz
Deze druppeltjes kunnen tot wel 10 meter door de lucht vliegen voordat ze naar beneden vallen... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Het maakt niet uit of je je handen wast met zeep of dat je handgel gebruikt... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
Zeep werkt effectiever tegen het virus dan handgel... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quiz
Het dragen van een papieren mondkapje beschermt je niet of amper... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Coronavirussen hebben een dier of een mens nodig om 'in leven te blijven'... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Het is dus onzin dat je van winkelwagens, leuningen, geld of deurklinken besmet kunt raken... Klopt dat?
A
Ja, dat is onzin!
B
Nee, dat is geen onzin!
Slide 13 - Quiz
Als je het virus bij je draagt en (nog) geen of milde klachten hebt, kun je al besmettelijk zijn... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
Hoe zieker je bent (door het virus), hoe meer virus je kunt verspreiden... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quiz
Als je denkt dat je besmet bent, ga dan zo snel mogelijk naar je huisarts... Goed of fout?
A
Goed
B
Fout
Slide 16 - Quiz
Je moet binnen blijven? Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Zwangere vrouwen moeten zich meer zorgen maken dan niet-zwangere vrouwen... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Hoe ouder je bent, hoe erger de gevolgen van een besmetting kunnen zijn... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Als je gezond leeft, raak je minder snel besmet dan iemand die ongezond leeft... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Als je je beter voelt en 24 uur geen gezondheidsklachten meer hebt gehad, ben je genezen van het coronavirus... Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Je mag met je vrienden afspreken op het skatepark?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quiz
Je mag met één vriend afspreken op het skatepark? Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quiz
Je mag met je vriend(in) naast elkaar op de bank zitten?