deutsche Musik aus den 10ern und 20ern
1 / 21
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
deutsche Musik
Slide 3 - Carte mentale
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Wat zou een passende titel zijn?
A
193 Länder
B
Du
C
Reisen
D
194 Länder
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Welk plaatje omschrijft dit liedje het best?
A
B
C
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Wat vragen ze in het liedje?
A
Wanneer ze naar de zee gaan
B
Wanneer ze elkaar weer zien
C
Wanneer ze op vakantie gaan
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Waarover gaat deze schlager?
A
ruzie tussen twee mensen
B
wat ze op zaterdagavond doet
C
de Duitse auto industrie
D
de liefde
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Hoe heet dit gedeelte van Duitsland?
A
Hamburg
B
Het Zwarte Woud
C
das Ruhrgebiet
D
Berlijn
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Diapositive
Vervoeg het werkwoord in het Duits
Mark .... (koopt) einen Apfel.
Mark .... (koopt) einen Apfel.
A
kaufet
B
kauft
C
kaufst
D
kluft
