Thema 2:

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Ik zit klaar voor de les:

• Mijn spullen liggen op tafel (pen, schrift, laptop).
• Telefoon is thuis of in mn kluis
• Mijn jas hangt aan de kapstok.
• Ik heb geen pet of capuchon op.
• Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Taal klas 1 

                             les 1

Deze les:

1. Terugblik
2. Huiswerk nakijken
3. Leerdoelen bespreken
4. Instructie
5. Aan de slag

Terugblik:

Huiswerk nakijken

Lesdoel:

ik kan/weet:

• 
  

Het einde: HOE loopt het verhaal af.

Vragen: Met welke zin begint het einde/het slot?

Maak opdracht 1, 2 en 3

op het werkblad 

Huiswerk:

Ik zit klaar voor de les:

• Mijn spullen liggen op tafel (pen, schrift, laptop).
• Telefoon is thuis of in mn kluis
• Mijn jas hangt aan de kapstok.
• Ik heb geen pet of capuchon op.
• Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Taal klas 1 

                             les 2

Deze les:

1. Terugblik
2. Huiswerk nakijken
3. Leerdoelen bespreken
4. Instructie
5. Aan de slag

Terugblik:

Huiswerk nakijken

Lesdoel:

ik kan/weet:

• 
  

Huiswerk:

Ik zit klaar voor de les:

• Mijn spullen liggen op tafel (pen, schrift, laptop).
• Telefoon is thuis of in mn kluis
• Mijn jas hangt aan de kapstok.
• Ik heb geen pet of capuchon op.
• Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Taal klas 1 

                             les 3

Deze les:

1. Terugblik
2. Huiswerk nakijken
3. Leerdoelen bespreken
4. Instructie
5. Aan de slag

Terugblik:

Lesdoel:

ik kan/weet:

• 
  

Huiswerk nakijken

Huiswerk:

Ik zit klaar voor de les:

• Mijn spullen liggen op tafel (pen, schrift, laptop).
• Telefoon is thuis of in mn kluis
• Mijn jas hangt aan de kapstok.
• Ik heb geen pet of capuchon op.
• Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Taal klas 1 

                             les 4

Deze les:

1. Terugblik
2. Huiswerk nakijken
3. Leerdoelen bespreken
4. Instructie
5. Aan de slag

Terugblik:

Huiswerk nakijken

Lesdoel:

ik kan/weet:

• 
  

Evalueren

1. Welke vragen kwamen in de talkshows vaak terug?
2. Welke antwoorden vond je heel goed?
3. Hoe kunnen we de les van dit sprookje toepassen in het echte leven?

Huiswerk: