Les 1

Thema Boodschappen
Les 1
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Thema Boodschappen
Les 1

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Oefening 1
- Laat de leerlingen blz. 3 pakken in het werkboek.

1. Stel vragen:

- Wat zie je op de foto's?
- Wat doe je daar?

- Wie doet bij jou thuis de boodschappen?
- Waar doe jij boodschappen?
- Waar doen jullie boodschappen?
- Waar koop jij eten en drinken?
- Waar kopen jullie eten en drinken?

2. Laat aankruisen waar de leerlingen                              boodschappen doen.

Slide 3 - Diapositive

Oefening 2
- Laat de leerlingen blz. 4 pakken.

1. Herhaal de dagen van de week.
2. Vertel eerst over jezelf, bijv.:
    -Ik doe twee keer per week boodschappen.       Op maandag en op vrijdag (wijs aan).
    -Ik werk op maandag en dinsdag op school       (wijs aan).
3. Stel nu vragen aan de leerlingen:
    - En jij? Hoe vaak ga jij naar de winkel? 
      1 keer, 2 keer of meer?
    - Op welke dagen ga je naar de winkel?
4. Laat aankruisen op welke dagen de                         leerlingen boodschappen doen.

Slide 4 - Diapositive

Je gaat nu zelf oefenen met de dagen van de week.
(Laat de volgende dia zien, leg uit wat ze moeten doen en deel de dia vervolgens.)

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Leerlingen die nog moeite hebben met de dagen, kunnen
extra oefenen op Junior Einstein
(Rekenen / Groep 4 / Klokkijken / Maanden en dagen).

Slide 7 - Diapositive

Oefening 3

1. Laat de afbeeldingen vergroot zien op het         digibord.
2. Bevries het digibord.
3. Ga zelf verder naar de volgende dia.

Slide 8 - Diapositive

1.  Lees de volgende tekst langzaam voor. De leerlingen zien dus alleen de afbeeldingen van de vorige dia op het bord.

Sam en Mina gaan boodschappen doen. Ze gaan naar de supermarkt. Ze nemen een tas mee. Ze pakken een kar. Wat kopen ze? Vis, vlees, brood, bananen, appels, kool, ui, tomaten en kaas. Ze betalen bij de kassa. Ze betalen 22 euro bij de kassa. Ze krijgen een bon. Dan doen ze de boodschappen in de tas. Ze gaan weer naar huis.

2. Lees de tekst nog een keer voor.
3. Vraag aan de leerlingen:
   - Waar doen ze boodschappen? In de supermarkt of op de markt?
4. Lees de tekst nog een keer voor.
5. Vraag aan de leerlingen:
   - Hoeveel betalen ze? 12 euro of 22 euro?
6. Laat de leerlingen blz. 5 pakken in het werkboek.
7. Lees de tekst nog een keer en laat de leerlingen de basiswoorden in het boek aanwijzen en herhalen.
8. Zeg een van de basiswoorden en laat een van de leerlingen het juiste plaatje aanwijzen op het werkblad en         nazeggen. Herhaal dit met een aantal woorden.
Ga naar de volgende dia en zet het digibord weer goed.

Slide 9 - Diapositive

Oefening 4

1. Deel het kopieerblad uit (J-schijf).
2. Laat de plaatjes uitknippen.
3. Lees het verhaal van de vorige dia nog een        keer voor (digibord bevriezen op deze dia).
4. Laat de leerlingen de plaatjes tijdens het          luisteren in de goede volgorde leggen.

Slide 10 - Diapositive

Oefening 5

1. Verdeel de leerlingen in twee- of drietallen.
2. Elk groepje neemt 1 set plaatjes.
3. Vraag de leerlingen enkele woorden te              benoemen (ze hoeven niet alle woorden te      leren!).
4. Laat de leerlingen de plaatjes in groepen          verdelen (bijvoorbeeld fruit bij elkaar).

Slide 11 - Diapositive

1. Laat de leerlingen blz. 6 en 7 pakken in het werkboek.
2. Vertel wat jij zelf in de winkel koopt, bijv.:
    Ik koop vis. Ik koop bananen....
3. Laat de leerlingen aankruisen wat zij zelf kopen. Vraag bijv.:
    Wat koop jij in de winkel? Wat koop jij bij de (naam supermarkt)?

Slide 12 - Diapositive

links
rechts
boven
midden
beneden

Slide 13 - Diapositive

Oefening 6
1. Open de linker afbeelding vergroot.
2. Stel vragen over de afbeelding (meerkeuze en/of open vragen). Bijvoorbeeld:

- Waar is het vlees? Links of rechts?
- Waar zie jij het vlees?
- Waar is het vlees? Boven of beneden?

Slide 14 - Diapositive

1. Open de afbeelding vergroot.
    De leerlingen kunnen op blz. 8 meekijken.
2. Praat met de leerlingen over wat ze zien.
3. Stel vragen.
4. Benoem eventueel de verschillende afdelingen.

Slide 15 - Diapositive

Oefening 7

1. Lees de eerste zin duidelijk voor.
2. Tel de woorden terwijl je meetelt op je vingers.        Laat de leerlingen meetellen.
3. Lees de zin nog een keer en laat de leerlingen          samen met jou de zin herhalen.
4. Laat de leerlingen de zin als klas (zonder jou)            herhalen.
5. Zeg de zin nog een keer in een sneller tempo.
6. Laat de leerlingen de zin nog een keer zeggen.
7. Spreek steeds sneller en kijk hoe snel de                    leerlingen kunnen.
8. Herhaal met de rest van de zinnen.
Zinnen
Waar doe jij boodschappen?
Ik ga naar Albert Heijn.
En waar doe jij boodschappen?
Ik ga naar de markt.
Wat koop je in de supermarkt?
Ik koop brood en vlees.
Wat koop je op de markt?
Ik koop fruit en groenten.

Slide 16 - Diapositive

Luister en zeg na.

Slide 17 - Diapositive

Laat de leerlingen nu online les 1 maken op www.ncbstart.nl.

Slide 18 - Diapositive