hv1n 07/09

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom hv1n!

Telefoon in de telefoontas? Pak je spullen!

Wat heb je nodig?

• lesboek
• schrift
• pen
• leesboek

Als je je spullen hebt gepakt ga je lezen in je leesboek

Wat gaan we deze les doen?

• Leren over fictie
• Lezen uit Alaska 

Doelen van deze les

Je leert:

• over het verschil tussen fictie en non-fictie
• over realistische verhalen

Fictie/ non-fictie

Wie weet hier al iets over? Wat is het verschil? 

Laten we een filmpje hierover bekijken, in de online methode.

Aan de slag!

Sla je boek open op p. 64. We lezen tekst 1 'Naar de haaien'.

We maken daarna opdracht 1 klassikaal.

1. Wat is de naam van de ik-persoon?
2. Welk probleem heeft de ik-persoon?
3. Wie komt met de oplossing voor het probleem?
4. Wat is de oplossing voor het probleem?

Aan de slag! 

Wat? Je maakt opdracht 2 en 3 op p. 66-68

Hoe? Werk zoveel mogelijk zelfstandig, maar zachtjes overleggen mag.

Hulp? Als je een vraag hebt mag je zachtjes overleggen met je buur. 

Tijd? 10 minuten

Resultaat? Je leert over fictie en non-fictie. We gaan het zo bespreken.

Klaar? Dan ga je lezen in je leesboek.

Nog even wat info..

We hebben het al even gehad over personages en perspectief.

Alle personen in een verhaal zijn personages. 

De belangrijkste persoon = ..........................

Wat zijn de perspectieven? 

Het zijn er drie.

Nog even wat info..

Personages roepen vaak gevoelens op bij jou als lezer.
Je vindt het ene personage irritant of juist zielig. 

Dat heeft te maken met meeleven of inleven. 

Inleven = je kunt je voorstellen hoe het is om een personage te zijn of om mee te maken wat hij meemaakt. 

Meeleven = je wilt graag dat het goed gaat met een personage. Je hoopt bijvoorbeeld dat hij beter wordt of niet meer wordt gepest

Aan de slag! 

Wat? Je maakt opdracht 1, 2 en 3 op p. 69-72. Lees de teksten.

Hoe? Werk zoveel mogelijk zelfstandig, maar zachtjes overleggen mag.

Hulp? Als je een vraag hebt mag je zachtjes overleggen met je buur. 

Tijd? 10 minuten

Resultaat? Je leert over personages.       

Klaar? Je maakt opdracht 4 op p. 73-74. Ook klaar? Dan ga je zelfstandig nakijken. 

We gaan lezen:

Alaska van Anna Woltz

Twee waarheden, één leugen

• Let's go