A1L Actief en passief

Werkwoordsvormen
Lijdend en bedrijvend en de verschillende wijzen 
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 35 min

Éléments de cette leçon

Werkwoordsvormen
Lijdend en bedrijvend en de verschillende wijzen 

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Als het goed is, weet je aan het eind van deze les: 
- in welke 'wijzen' werkwoorden voor kunnen komen; 
- wat het verschil is tussen de actieve en de passieve vorm; 
- hoe je een zin van de actieve in de passieve vorm kan zetten en andersom. 

Slide 2 - Diapositive

Actief of passief?
Als het onderwerp in de zin de handeling uitvoert, staat de zin in de bedrijvende of de actieve vorm. 
De glazenwasser wast de ruiten.

De ruiten worden door de glazenwasser gewassen. 
Als het onderwerp in de zin de handeling ondergaat, staat de zin in de lijdende of de passieve vorm. 

Slide 3 - Diapositive

Actief of passief?
Als je een passieve zin wilt ombuigen in een actieve constructie, helpt vaak om de vraag ‘door wie’ te stellen. Zo vind je het onderwerp dat je kunt gebruiken voor een actieve directe zin.

Slide 4 - Diapositive

Voorbeeld:
De afwas wordt razendsnel gedaan. Theo en Thea hebben haast.

Door wie wordt de afwas gedaan?

Door Theo en Thea.


Theo en Thea doen snel de afwas. Ze hebben haast.


Slide 5 - Diapositive

Actief of passief?
In een passieve zin staat
een vorm van het werkwoord ‘worden’ of ‘zijn’ 

"De afwas wordt gedaan door Theo"
" Er is code rood afgegeven door het KNMI"

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

bedrijvende of lijdende vorm
A. Lola neemt de taxi naar huis

B. Lola wordt door een taxi naar huis gebracht


Slide 8 - Diapositive

bedrijvende of lijdende vorm
A. De bankovervaller werd op zijn neus gestompt door de bewaker.

B. De bewaker stompte de bankovervaller op zijn neus.


Slide 9 - Diapositive

bedrijvende of lijdende vorm
  1. Van de bast van de kinaboom werd een drankje gemaakt.

  2. Indianen in Peru maakten van de bast van de kinaboom een drankje


Slide 10 - Diapositive

bedrijvende of lijdende vorm
  1. Ik houd om negen uur ontslaggesprekken

  2. Er wordt om negen uur een ronde van ontslaggesprekken gehouden

Slide 11 - Diapositive

bedrijvende of lijdende vorm
  1. Hij werd gekust door zijn vriendin.

  2. Zijn vriendin kuste hem.

Slide 12 - Diapositive