Bloemen
1 / 10
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Er zijn veel bloemen in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst
Slide 2 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe heet deze bloem?
A
Roos
B
Madeliefje
C
Tulp
D
Paardenbloem
Slide 3 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
ik knip de bloem met een ______ .
A
slang
B
tong
C
tang
D
tuin
Slide 4 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is het meervoud?
de bloem
de bloem
A
de bloems
B
de bloemen
Slide 5 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe heet deze bloem?
A
krokus
B
tulp
C
hyacint
D
narcis
Slide 6 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Kijk goed naar het plaatje. Welke zin past er het best bij? Sleep die zin onder het plaatje.
de struik heeft geen bloemen
sloom de slak kroop naar de struik
de struik heeft acht bloemen.
Slide 7 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
bloem
wortels
stengel
blad
Slide 8 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Herken jij deze bloemen?
Sleep de namen naar de juiste bloemen.
Zonnebloem
Aster
Lavendel
IJzerhard
Krokus
Vlinderstruik
Slide 9 - Question de remorquage
Sleepvraag
Vraag: Welke insecten kunnen bloemen bestuiven?
Doe: Sleep de insecten die bloemen kunnen bestuiven naar de bloemen toe.
Antwoord: Er zijn vier verschillende bestuivingswijzen.
Bestuiving door insecten:
- bijen en hommels, komt het meeste voor
- kevers
- wantsen, mogelijk bij Welwitschia
- dagvlinders
- nachtvlinders
- zweefvliegen
- vogels, waaronder kolibries
- vleermuizen
- slakken
bestuiving door de wind
(zeer algemeen bij grassen) en vele boomsoorten.
(zeer algemeen bij grassen) en vele boomsoorten.
bestuiving door water doordat het stuifmeel drijft en/of de stempel drijft.
Zon
Ei
Kip
Kuiken
Haas
Bloem
Mand
Gras
Slide 10 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
