3: Van bergen naar zee quiz 2T
1 / 19
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe ontstaan gletsjers?
A
door een aardbeving
B
doordat sneeuw samengeperst word
C
door orkanen
D
doordat ijs samengeperst word
Slide 2 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is de ijstijd?
A
een lange periode van veel sneeuw
B
een korte periode van winter
C
een korte periode van herfst
D
een lange periode van hevige kou
Slide 3 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
U-dal of V-dal?
A
U-dal
B
V-dal
Slide 4 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Dit dal is gevormd door een...
A
Gletsjer
B
Rivier
Slide 5 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Door klimaatverandering smelten gletsjers.
A
juist
B
onjuist
Slide 6 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is erosie
A
De schurende werking van water ijs en wind
B
Het afzetten van sediment
C
het bewegen van een gletsjer
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is sedimentatie?
A
Het transporteren van stenen
B
Het afbreken/afslijten van stenen
C
Het kapot vallen van stenen
D
Het blijven liggen van stenen
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Korte waterkringloop
Lange waterkringloop
afstromen
neerslag
Infiltreren
Verdamping
Condenseren
Slide 9 - Question de remorquage
nu kun je je kennis testen.
Een kenmerk van de bovenloop is
A
Snelle stroming
B
Brede rivier
C
Veel fijn sediment
Slide 10 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is er kenmerkend aan de middenloop van een rivier? (Meerdere antwoorden mogelijk)
timer
1:00
A
Doordat de rivier hier dieper is kunnen er schepen varen
B
Het water stroomt hier langzamer omdat het landschap vlakker is
C
De rivier is hier nog niet zo diep
D
Vanaf de middenloop komt er geen nieuw water de rivier in
Slide 11 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Kenmerk van een benedenloop van een rivier is:
A
Ligt in het hooggebergte.
B
De rivier maakt smalle dalen door erosie.
C
Hoge stroomsnelheid.
D
De rivier maakt veel bochten.
Slide 12 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Waar zit de monding van de rivier?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
Slide 13 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe ontstaan Duinen?
A
Het lag er altijd al
B
de wind liet het toevallig daar liggen
C
Het gaat zich achter een object/plant opstapelen door de wind
D
Het is gewoon een groot zandkasteel
Slide 14 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 15 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Op de foto was sprake van
A
Erosie door water
B
Erosie door ijs
C
Erosie door wind
Slide 16 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Verwering is...
A
het vervoeren van stenen en zand door een rivier
B
het kapot gaan van stenen door vorst en wortels van bomen
C
de druk van rotsen op een helling
D
het transport van grote keien in een gletsjer
Slide 17 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Eerst Daarna Nu
3. Sleep de plaatjes in de juiste volgorde. Hoe zijn de Alpen ontstaan?
Slide 18 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe ontstaan stuwwallen?
A
Door platentektoniek ontstaan bergen
B
De gletsjer neemt grond mee uit het noorden
C
De gletsjer duwt grond voor zich uit
D
Het zijn oude bergen, afgevlakt door erosie
Slide 19 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
