Geheugen en het brein - stuva intro

Hoe werkt het brein?
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Leren-lerenMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoe werkt het brein?

Slide 1 - Diapositive

Eerst een oefening
Kijk goed naar de plaatjes

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Je krijgt nu dezelfde afbeeldingen te zien, maar één voorwerp staat er niet meer bij. Welk voorwerp is dat?

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Welk voorwerp zag je de 2e keer niet?

Slide 24 - Question ouverte

Slide 25 - Vidéo

Oefenen en herhalen is belangrijk!
Ander woord voor zenuwcel is neuron.

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Geheugen
Niet ieder geheugen is hetzelfde. De een kan goed woorden onthouden en de ander is goed in het onthouden van beelden.
Sommigen willen liever luisteren en anderen lezen de instructie liever zelf.
Het is belangrijk dat je onderzoekt waarin jij het beste bent en wat jouw geheugen dus het beste kan.

Slide 29 - Diapositive

Hoe zit het met jou?
Onthoud je goed, luister je liever of lees je liever?

Slide 30 - Question ouverte

Welk geheugen heb jij?
Onderzoek waarin jij het beste bent en wat jouw geheugen het beste kan. 
Doe de drie testjes ‘woorden test’, ‘beelden test’ en ‘geluiden test’

Slide 31 - Diapositive

Beantwoord eerst de vraag: wat is het verschil tussen het brein en het geheugen?

Slide 32 - Question ouverte

Onderzoek
Je gaat een woordentest maken:
je leest
je bekijkt plaatjes
of
je luistert
Wat kan je goed?

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Lien