(2021) Meten is Weten Les 1

Deze LessonUp gaat over
- Grootheden en Eenheden
- Analoog en digitaal
- Gewicht
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
ScienceMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Deze LessonUp gaat over
- Grootheden en Eenheden
- Analoog en digitaal
- Gewicht

Slide 1 - Diapositive

Grootheden en eenheden

Slide 2 - Diapositive

Wat zijn Grootheden?
Een Grootheid is iets wat je kunt meten.
Bijvoorbeeld een Afstand:

Slide 3 - Diapositive

Welke Grootheden ken je al?

Slide 4 - Carte mentale

Voorbeelden van Grootheden:

Slide 5 - Diapositive

Wat zijn eenheden?
Een eenheid staat altijd achter het getal en hoort bij een bepaalde grootheid. Het verteld waarin gemeten is.

Bijvoorbeeld:
De Afstand van Luttenberg naar Raalte is   8,9  Kilometer.
(hier is   "kilometer"  de eenheid)

Slide 6 - Diapositive

Welke eenheden ken je al?

Slide 7 - Carte mentale

Voorbeelden van eenheden:

Slide 8 - Diapositive

Symbolen
Om bij het maken van berekeningen niet telkens de namen van grootheden en eenheden volledig op te hoeven schrijven worden deze verkort genteerd met symbolen.

Voorbeeld: In plaats van: De tijd is 21 seconde
 
                                                                        t =  21  s

Slide 9 - Diapositive

Meter is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 10 - Quiz

Snelheid is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 11 - Quiz

massa is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 12 - Quiz

seconde is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 13 - Quiz

Analoog
Wijzerplaat




Vloeiende lijn
Digitaal
Display



Meting in "sprongetjes"

Slide 14 - Diapositive

Aan de slag
Maken in OneNote:
Werkblad introductie
Werkblad 1.1 gewicht: Tot en met meetinstrumenten

Slide 15 - Diapositive

Welkom!
We gaan zo beginnen.

Controleer of je al in de klas zit en doe mee met deze LessonUP

1A: vcsow               1B: qscrq                  1C: gweam            1D: hoxgt

Slide 16 - Diapositive

1  Kilogram


1 ton

1 pond
1 ons

1 gram

1 milligram

1000 mg
1000 g
1000 kg
500 g
100 g

Slide 17 - Question de remorquage

Eenheden omrekenen

Slide 18 - Diapositive

2630 gram = .... kg

Slide 19 - Question ouverte

7,4 ton = ... kilogram

Slide 20 - Question ouverte

150 mg = ... g

Slide 21 - Question ouverte

Aan de slag
Maak in OneNote werkblad 1.1 gewicht

Klaar? Nakijken werkblad 1.1

Slide 22 - Diapositive