1. ...aprendo a decir la hora leer ik zeggen hoe laat het is
2. ...repaso los números 0-100 herhaal ik de getallen 0-100
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...
1. ...aprendo a decir la hora leer ik zeggen hoe laat het is
2. ...repaso los números 0-100 herhaal ik de getallen 0-100
Slide 1 - Diapositive
Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...
1. ...aprendo a decir la hora leer ik zeggen hoe laat het is
2. ...repaso los números 0-100 herhaal ik de getallen 0-100
Pero antes de empezar: las planificaciones de la tarea y los esquemas de trabajo. Maar voordat we beginnen: de planningen voor de praktische opdracht en de werkschema's
Slide 2 - Diapositive
Repaso números Herhaling getallen
Slide 3 - Diapositive
12
Slide 4 - Question ouverte
15
Slide 5 - Question ouverte
19
Slide 6 - Question ouverte
25
Slide 7 - Question ouverte
Hablar de la hora Praten over de tijd
¿En qué situaciones necesitas saber hablar de la hora?
Beeld je eens in: in elke situaties is het belangrijk dat je kunt praten over de tijd? Dus eigenlijk klokkijken in het Spaans?
Slide 8 - Diapositive
hablar de la hora
Slide 9 - Carte mentale
quedar con amigos afspreken met
vrienden
hablar de tu horario praten over je rooster
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Son las / Es la Het is...
Es la gebruik je als daarachter 'una' komt.
> 13:15 Es launa y cuarto.
> 12:55 Es launa menos cinco.
Anders gebruik je Son las.
> 12:30 Son las doce y media.
> 16:58 Son las cinco menos dos.
Slide 12 - Diapositive
A las / A la Om...
A la gebruik je als daarachter 'una' komt.
> A launa tengo clase de Inglés.
> A launa y media salgo del colegio.
Anders gebruik je A las.
> A las nueve y media tengo Español.
> A las seis en punto cenamos*.
* cenar = avondeten
Slide 13 - Diapositive
Las partes del día De dagdelen
- Son las seis de la mañana. (6.00, dus ochtend)
- Son las tres de la tarde. (15.00, dus middag)
- Son las diez de la noche. (22.00, dus avond)
12.00 = Es mediodía.
00.00 = Es medianoche.
Slide 14 - Diapositive
¿Qué hora es? : LT p 82-83
Haced ejercicio 1a. Tenéis 5 minutos.
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Deberes Huiswerk
- haced y corregid: LE p 55 ejs 1,2,3
- estudiad: LT p 171 (gramática)
- estudiad: LT p 201 (vocabulario)
Slide 17 - Diapositive
Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...
1. ...repaso la hora herhaal ik het klokkijken
2. ...repaso el vocabulario herhaal ik de vocabulaire
3. ...trabajo en mi tarea práctica werk ik aan mijn praktische opdracht (PO)
Slide 18 - Diapositive
Hoe laat is het?
Slide 19 - Question ouverte
Het is zeven uur 's ochtends.
Slide 20 - Question ouverte
Om 1 uur heb ik pauze (=recreo).
Slide 21 - Question ouverte
'A la(s)' gebruik je om te zeggen hoe laat het nu is. 'Es/son la(s)' gebruik je om te zeggen wanneer iets is.