SEMANA 46 - NÚMEROS, LA HORA

Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...

1. ...aprendo a decir la hora leer ik zeggen hoe laat het is
2. ...repaso los números 0-100 herhaal ik de getallen 0-100
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...

1. ...aprendo a decir la hora leer ik zeggen hoe laat het is
2. ...repaso los números 0-100 herhaal ik de getallen 0-100

Slide 1 - Diapositive

Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...

1. ...aprendo a decir la hora leer ik zeggen hoe laat het is
2. ...repaso los números 0-100 herhaal ik de getallen 0-100
Pero antes de empezar: las planificaciones de la tarea y los esquemas de trabajo. Maar voordat we beginnen: de planningen voor de praktische opdracht en de werkschema's

Slide 2 - Diapositive

Repaso números Herhaling getallen

Slide 3 - Diapositive

12

Slide 4 - Question ouverte

15

Slide 5 - Question ouverte

19

Slide 6 - Question ouverte

25

Slide 7 - Question ouverte

Hablar de la hora Praten over de tijd
¿En qué situaciones necesitas saber hablar de la hora?

Beeld je eens in: in elke situaties is het belangrijk dat je kunt praten over de tijd? Dus eigenlijk klokkijken in het Spaans?

Slide 8 - Diapositive

hablar de la hora

Slide 9 - Carte mentale

quedar con amigos afspreken met 
vrienden
hablar de tu horario praten over je rooster

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Son las / Es la Het is...
Es la gebruik je als daarachter 'una' komt. 
> 13:15 Es la una y cuarto.
> 12:55 Es la una menos cinco.

Anders gebruik je Son las.
> 12:30 Son las doce y media. 
> 16:58 Son las cinco menos dos.


Slide 12 - Diapositive

A las / A la Om...
A la gebruik je als daarachter 'una' komt.
> A la una tengo clase de Inglés.
> A la una y media salgo del colegio.

Anders gebruik je A las.
> A las nueve y media tengo Español.
> A las seis en punto cenamos*.


* cenar  = avondeten

Slide 13 - Diapositive

Las partes del día De dagdelen
- Son las seis de la mañana. (6.00, dus ochtend)
- Son las tres de la tarde. (15.00, dus middag)
- Son las diez de la noche. (22.00, dus avond)


12.00 = Es mediodía.
00.00 = Es medianoche.

Slide 14 - Diapositive

¿Qué hora es? : LT p 82-83
Haced ejercicio 1a. Tenéis 5 minutos.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Deberes Huiswerk
- haced y corregid: LE p 55 ejs 1,2,3

- estudiad: LT p 171 (gramática)
- estudiad: LT p 201 (vocabulario)

Slide 17 - Diapositive

Objetivos Doelen
En esta clase... In deze les...

1. ...repaso la hora herhaal ik het klokkijken
2. ...repaso el vocabulario herhaal ik de vocabulaire
3. ...trabajo en mi tarea práctica werk ik aan mijn praktische opdracht (PO)

Slide 18 - Diapositive

Hoe laat is het?

Slide 19 - Question ouverte

Het is zeven uur 's ochtends.

Slide 20 - Question ouverte

Om 1 uur heb ik pauze (=recreo).

Slide 21 - Question ouverte

'A la(s)' gebruik je om te zeggen hoe laat het nu is. 'Es/son la(s)' gebruik je om te zeggen wanneer iets is.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

a las nueve menos veintitrés
A
het is 8:37
B
het is 9:23
C
om 8:37
D
om 9:23

Slide 23 - Quiz

El capibara con botas
Tiempo para la tarea práctica.
Tijd voor de praktische opdracht.

Slide 24 - Diapositive

Deberes Huiswerk
- haced y corregid: LE p 58 ejs 6,8

- trabajad en la tarea práctica

Slide 25 - Diapositive