Mens en Activiteit H3: Ken je doelgroep Klas 3

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 3: ken je doelgroep

Mens en activiteit

Klas 3

Planning

•  Doel
•  Instructie
•  Zelf aan de slag

Doel van de les

Na deze les...

• Kun je rekening houden met je doelgroep.
  
  
• Weet je het verschil tussen heterogene en homogene groepen
  
  
• Kun je een activiteit bedenken voor een doelgroep.

Wat is een groep?

Wat is een groep?

Een groep is:

Iets met elkaar delen of

iets met elkaar gemeen hebben 

Wat is een doelgroep?

Wat is een doelgroep?

Een doelgroep is de groep mensen die jij wilt bereiken met je activiteit.

Voordat je een activiteit organiseert moet je eerst nadenken over de doelgroep.

Je organiseert met Pasen een
knutselactiviteit.
Waar denk je dan aan?

Je denkt aan:

• Samenstelling: meisjes? jongens of beiden?
  
• Hoeveel kinderen?
• Leeftijd: wat kunnen ze?
• Sociale omgeving?
• Cultuur? Kennen ze Pasen?
• Interesse. 

3.3 Homogene en heterogene groepen

Homogene groepen zijn groepen met de zelfde eigenschappen, interesse, leeftijd of geslacht.

Heterogene groepen zijn groepen met verschillende eigenschappen, interesse, leeftijd of geslacht.

3.4 informatie verzamelen

CBS: hier kan je van alles vinden over je doelgroep in een bepaalde wijk

Aantallen

Mannen en vrouwen

Culturele achtergrond

Inkomens

Werkend of werkeloos

Demografische gegevens geven je informatie over de bevolking in een gemeente per wijk. 

Aan de slag

Maken blz. 131 - 149

Lees goed

Nabespreken:

Beauty-middag

1. Homogene groep
2. Heterogene groep

Jumpsquare

1. Homogene groep
2. Heterogene groep

Knutselmiddag met 20 kinderen

1. Homogene groep
2. Heterogene groep

Synchroon zwemmen

1. Homogene groep
2. Heterogene groep

Aan de slag

Maken blz. 38 - 44

Lees goed, bespreken voor vrijdag volgende week

Ontwikkelingsfase, gezondheid en sociale omgeving

Je sociale omgeving zijn de mensen met wie je veel te maken hebt. Bijvoorbeeld: Vrienden, familie, buren, sportclub, collega's

Maak opdracht 3.8 blz. 150-160.

Wat is je sociale omgeving?

Wat is een doelgroep?

Wat is een homogene groep?

Wat is een heterogene groep?