Mens en Gezondheid intro

Afspraken
  • Je hebt altijd een opgeladen laptop (met oplader) bij je
  • Je hebt altijd oortjes of een koptelefoon bij je
  • Je hebt altijd potlood en pen bij je
  • Je bent op tijd in de lessen

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Afspraken
  • Je hebt altijd een opgeladen laptop (met oplader) bij je
  • Je hebt altijd oortjes of een koptelefoon bij je
  • Je hebt altijd potlood en pen bij je
  • Je bent op tijd in de lessen

Slide 1 - Diapositive

Mens en gezondheid
  • licentie activeren (code achterop je boek), je hebt het boek nu digitaal (e-boek)
  • opdrachten maak je in het papieren boek
  • maar soms ook op een andere manier

Slide 2 - Diapositive

Wanneer ben je gezond?

Slide 3 - Question ouverte

Het begrip gezondheid

  • Lichamelijk ( fysiek) o.a. groeien, bewegen ( grove en fijne motoriek)
  • Geestelijk ( psychisch ) ( gevoel, verstand) o.a taalontwikkeling
  • Sociaal ( omgaan met anderen)

Slide 4 - Diapositive

Wat is lichamelijke gezondheid?
A
om hoe je je voelt
B
om hoe het met je gaat
C
de goede werking van je lichaam
D
relaties en contacten die je met mensen hebt

Slide 5 - Quiz

Onder welke soort gezondheid valt de volgende klacht: Sem heeft een paniekaanval
A
Geestelijke gezondheid
B
Lichamelijke gezondheid
C
Sociale gezondheid

Slide 6 - Quiz

Op welke gezondheid heeft de inhoud vd afbeelding het meeste invloed?
A
Geestelijke gezondheid
B
Sociale gezondheid
C
Lichamelijke gezondheid
D
Allemaal

Slide 7 - Quiz

Als ik het gevoel heb dat ik erbij hoor dan past dat bij
A
lichamelijke gezondheid
B
sociale gezondheid
C
Geestelijk welzijn

Slide 8 - Quiz

Souf probeert zo goed als het kan vaak te voetballen samen met zijn vrienden. Dit is goed voor zijn:
A
Lichamelijke gezondheid
B
Geestelijke gezondheid
C
Sociale gezondheid

Slide 9 - Quiz

Eenzaamheid kan invloed hebben op de geestelijke en lichamelijke gezondheid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

David heeft zijn been gebroken. Hij zit thuis en is enorm chagrijnig.
A
Zijn geestelijk gezondheid beïnvloedt zijn lichamelijke gezondheid
B
Zijn lichamelijke gezondheid beïnvloedt zijn geestelijke gezondheid

Slide 11 - Quiz

Wat is leefstijl?
A
Leefstijl is iemands persoonlijke manier van leven
B
Leefstijl is de plek waar je graag leeft
C
Leefstijl is je manier van denken
D
Leefstijl is wat jij graag eet

Slide 12 - Quiz

Wat hoort bij een gezonde leefstijl?

Slide 13 - Question ouverte

Heb jij een gezonde leefstijl?
geef je zelf een cijfer van 1 - 10
010

Slide 14 - Sondage

Wat is een gezonde leefstijl?
A
als je goed voor je bent voor je mentale gezondheid
B
als je zorgt voor rust, reinheid en regelmaat
C
als je goed voor je lichaam en geest zorgt
D
als je goed voor je lichaam zorgt

Slide 15 - Quiz

Hebben je vrienden invloed op je leefstijl?
ja, want je doet mee met wat de groep doet.
nee want, je bepaalt zelf wat je doet
ik weet het niet
anders, nl.......

Slide 16 - Sondage

Wat zijn de voordelen van een Gezonde Leefstijl?
A
Je hebt meer energie
B
Je wordt minder snel ziek
C
Je kunt je beter concentreren
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 17 - Quiz

Waardoor ontstaat een verkeerde leefstijl?
A
Gewoonten en verleidingen
B
Gewoonten en dieten
C
Sporten en fietsen
D
Hart- en vaatzieken en snacken

Slide 18 - Quiz

Het is lastig je leefstijl te veranderen. Wat is de belangrijkste reden?
A
Andere mensen reageren negatief.
B
Je moet een gewoonte opgeven.
C
Mensen weten niet wat ze moeten veranderen.

Slide 19 - Quiz

Hoofdstuk 1 Beroepen binnen zorg en welzijn
  • Lees blz 111-t/m 121 in je boek.
  • Maak de opdrachten 1.01 t/m 1.09 in je e-boek

  • Maak praktijkopdracht 1.1 t/m 1.4 (blz. 20-25)

Slide 20 - Diapositive