4V 2.5 DNA en de celcyclus

2.5 DNA en de celcyclus
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

2.5 DNA en de celcyclus

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Doel en begrippen 2.5
2.5 DNA en de celcyclus
- Je beschrijft de celcylus van een gewone celdeling met daarin de verschillende fasen.
- Je beschrijft de regulatie van de fasen van de celcyclus en legt uit hoe, als dat verkeerd gaat, cellen zich tot tumoren kunnen ontwikkelen en kunnen leiden tot kanker.
- Je beschrijft enkele behandelingen tegen tumoren en hun werking.

Slide 3 - Diapositive

Levenscyclus van een cel
BINAS 76A

Slide 4 - Diapositive

Wat gebeurt er met het DNA tijdens celcyclus?

Slide 5 - Diapositive

Als de cel een nieuwe deling gaat voorbereiden wordt in de S-fase (van de interfase) het DNA verdubbeld.
Hierbij worden beide helften van de dubbele helix aangevuld met een complementaire streng (2 en 3)

Slide 6 - Diapositive

Beide DNA moleculen blijven bij het centromeer aan elkaar verbonden (4)

Slide 7 - Diapositive

In de M-fase vindt de celdeling plaats. Hierbij ontstaan 2 dochtercellen met identiek DNA. Hoe dit precies werkt bespreken we in periode 3.

Slide 8 - Diapositive

Filmpje celcyclus
Wil je meer uitleg over de celcyclus? Bekijk het filmpje op de volgende dia. (6 min)

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Controle celdeling
G1 fase: P53-eiwit gemaakt door een tumorsupressor-gen
Controle op DNA schade, celgrootte, voedingsstoffen.

Herstelenzymen proberen de fouten nog op te lossen, lukt dat niet dan volgt apoptose: gecontroleerde celdood.


Slide 11 - Diapositive

Controle celdeling
G2 fase: 
Controle op juiste replicatie van het DNA en celgrootte

Herstelenzymen proberen de fouten nog op te lossen, lukt dat niet dan volgt apoptose: gecontroleerde celdood.


Slide 12 - Diapositive

Controle celdeling
M fase (metafase): 
Controle op juiste vorming spoelfiguur, elke chromatide is bij het centromeer verbonden met elk spoelfiguur

Herstelenzymen proberen de fouten nog op te lossen, lukt dat niet dan volgt apoptose: gecontroleerde celdood.


Slide 13 - Diapositive

Tumor
Door fouten in de genen die betrokken zijn bij (de controle van) de celdeling kan ongecontroleerde celdeling ontstaan: een tumor.

Kanker is een kwaadaardig tumor, een tumor die gemetastaseerd is (uitgezaaid).
Uitzaaiïngen zijn tumorcellen die loslaten en via het bloed/ lymfe in een ander orgaan doorgroeien.


Slide 14 - Diapositive

Kanker- behandelingen
Chirurgie: verwijderen van de tumor
Bestraling: vernietigen van de tumor door radioactieve straling
Chemotherapie: cytostatica (geneesmiddel dat de celdeling remt) voorkomen celdeling, ook van tumorcellen. Andere stoffen voorkomen bloedvatvorming bij de tumor.
Immunotherapie: stimulering van het afweersysteem om zelf tumorcellen op te ruimen.


Slide 15 - Diapositive

Filmpje kanker
Bekijk het filmpje over kanker en de behandeling op de volgende dia (2min)

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Wat is de juiste volgorde van celcyclus?
A
G1 - G2 - S - M
B
S - G1 - G2 - M
C
G1 - S - G2 - M
D
M - S - G2 - G1

Slide 18 - Quiz

In welke fase van de celcyclus wordt het DNA gekopieerd?
timer
0:15
A
Tijdens de G1-fase.
B
Tijdens de S-fase.
C
Tijdens de G2-fase.
D
Tijdens de M-fase (mitose).

Slide 19 - Quiz

In een bepaalde cel is de hoeveelheid DNA in de G1 fase p, Hoeveel DNA is er in één kern na de celdeling?
A
2p
B
p
C
1/2p

Slide 20 - Quiz

Op welk moment in de celcyclus vindt plasmagroei plaats?
A
Voor de kerndeling
B
na de celdeling
C
Na de kerndeling maar voor de celdeling

Slide 21 - Quiz

In welke fase van celcyclus deelt het DNA zich?
A
G1
B
G2
C
M
D
S

Slide 22 - Quiz

76A - Tijdens welk van de volgende fasen van de celcyclus vindt geen controle plaats?
A
G1
B
S
C
G2
D
M

Slide 23 - Quiz

Een ander woord voor kankergezwel is:

Voorbeeld van chemische schadelijke stoffen zijn sigarettenrook en asbest. Dit is een voorbeeld van:

Mensen die ziek worden door een kankergezwel
hebben:



Tumor
Mutagene invloeden
Kanker

Slide 24 - Question de remorquage

Er bestaan goedaardige en kwaadaardige (kanker) gezwellen. Dit zijn gevolgen van mutaties in genen die betrokken zijn bij de celdeling) Dit heeft als gevolg dat de cellen zich ongeremd gaan delen. Er zijn verschillen tussen deze twee soorten gezwellen. Sleep de eigenschappen naar de juiste plek. 
Goedaardig gezwel
Kwaadaardig gezwel

Groeit langzaam

Groeit snel
Er vindt uitzaaiing plaats
Er vindt geen uitzaaiing plaats

Slide 25 - Question de remorquage

Leg in detail uit hoe een darmkankercel in de longen terecht kan komen. Welke eigenschap moet de darmkankercel hebben?

Slide 26 - Question ouverte