‹Revenir à la recherche

Vraagwoorden

Lesprogramma vandaag:
1. Terugblik
2. Vraagwoorden
3. Het werkwoord hebben
4. De blauwe woorden
5. Reflectie
6. Vooruitblik


1 / 55
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 55 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Lesprogramma vandaag:
1. Terugblik
2. Vraagwoorden
3. Het werkwoord hebben
4. De blauwe woorden
5. Reflectie
6. Vooruitblik


Slide 1 - Diapositive

Dit schrijf je ook op het bord en geef je in de slides ook weer
1. Vorige les:
Wat hebben jullie gedaan tijdens de vorige les?

Slide 2 - Diapositive

Maak connectie met deze les
Lesdoelen: Na deze les ...
  • weet ik welk vraagwoord ik moet gebruiken
  • kan ik de verschillende vraagwoorden gebruiken
  • heb ik gepland wat ik thuis ga doen

Slide 3 - Diapositive

Hou het bij max. 3
2. De vraagwoorden
Wie?
Wat?
Waar?
Wanneer?
Waarom?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WIE?                              (personen)
Wie is jouw docent?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WAT?                                  (dingen)
Wat ga je doen?

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WAAR?                          (plaatsen)
Waar is Tonia?
Tonia is op school.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom?                         (oorzaak)            
Waarom is Tonia op school?
Omdat ze les geeft.


Waarom ben jij op school?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WANNEER?               (datum/ tijd)
Wanneer ga jij boodschappen doen?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

HOEVEEL?                       (aantal)
Hoeveel cursisten zitten er in de klas?


Hoeveel honden zie je? 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie of wat?

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie is dit?
Wat is het goede antwoord?
timer
0:20
A
Tom.
B
De pen.

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga je eten?
timer
0:20
A
Tineke.
B
De soep

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie is blij vandaag?
timer
0:20
A
Ik!
B
De tafel.

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga je doen?
timer
0:10
A
Voetballen.
B
9 uur.

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie zit op de stoel?
timer
0:10
A
De kast.
B
Anja.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_______ is moe?
Kies het goede vraagwoord
timer
0:10
A
Wie?
B
Wat?

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_____ doe je?
A
Wie?
B
Wat?

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_____ moeten we doen?
timer
0:10
A
Wie?
B
Wat?

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

______ is boos?
timer
0:10
A
Wie?
B
Wat?

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_____ moet ik schrijven in mijn schrift?
timer
0:10
A
Wie?
B
Wat?

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_____ poetst de tafel?
timer
0:10
A
Wie?
B
Wat?

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar, wanneer, waarom?

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer ga je naar huis?
timer
0:10
A
Nederland.
B
Omdat ik moe ben.
C
8 uur.

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar is het station?
timer
0:10
A
Om 6 uur.
B
Hier, de eerste straat naar links.
C
Om hij ziek is.

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is de school klaar?
timer
0:10
A
Omdat de juf boos is.
B
Om 3 uur.
C
Het station.

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom ben je moe?
timer
0:10
A
Het ziekenhuis.
B
Omdat ik niet veel geslapen heb.
C
Maandag.

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar ga je naartoe?
timer
0:10
A
Naar huis.
B
Omdat ik honger heb.
C
Om 10 uur.

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is het weekend?
timer
0:10
A
Overmorgen!
B
Omdat zij niet slapen.
C
Op school.

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_________ ben je thuis? Om tien uur.
timer
0:10
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_________ is het station?
timer
0:10
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

_________ is de juf boos? Omdat we spelen.
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

___________ is de school?
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

___________ is het vakantie? Over veel weken!
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

___________ mogen we niet samen spelen? Door Corona.
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

___________ is juf Julia?
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

___________ hebben we de toets? Vrijdag!
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik snap alles!
😒🙁😐🙂😃

Slide 38 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

3

Slide 39 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

3. hebben
4 oktober dierendag

Wat zie je allemaal?
Schrijf de woorden die je kent
timer
2:00

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3. hebben
4 oktober dierendag

Maak 5 zinnen met het 
werkwoord hebben
Bijv. De auto heeft pech
timer
5:00

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4. De blauwe woorden

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

fclive-my.sharepoint.com

Slide 43 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

00:23
timer
0:40
Schrijf alle 'doe' werkwoorden op die je kent

Slide 44 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

01:12
Het hele werkwoord=
A
de ik-vorm
B
infinitief
C
de hij-vorm
D
de wij-vorm

Slide 45 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

03:25
Vul de goede vorm van hebben in:
ik ____
jij____
hij/ zij_____
wij _____
U_____
timer
1:00

Slide 46 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

4. Taalcompleet
Heb je je doel bereikt? (= geplande huiswerk af)
Hoe zorg je ervoor dat je je doel bereikt?
 


Vragen over het huiswerk?
Tijd om zelfstandig te werken tot:          uur

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

leren.kleurrijker.nl

Slide 48 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Boggle:
Maak zoveel mogelijk woorden binnen de tijd
Maak de woorden zo lang mogelijk

Slide 49 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

www.wordplays.com

Slide 50 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Wordle:
Zoek het juiste woord

Slide 51 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wordlegame.org

Slide 52 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen: Na deze les
  • weet ik welk vraagwoord ik moet gebruiken
  • kan ik de verschillende vraagwoorden gebruiken
  • heb ik gepland wat ik thuis ga doen

Slide 53 - Diapositive

Hou het bij max. 3
Sluiting en vooruitblik:
Huiswerk?
Extra uitleg van?

Slide 54 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Presentie:
Vergeet niet je handtekening op de lijst te zetten!

Slide 55 - Diapositive

Op Bord:
  • Programma
  • Wachtwerk

Plus de leçons comme celle-ci

A1/ A2 Vraagwoorden

- Leçon avec 49 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

A1/ A2 Vraagwoorden

- Leçon avec 49 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Vraagwoorden 19/9/23

- Leçon avec 49 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Vraagwoorden

- Leçon avec 55 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Vraagwoorden

- Leçon avec 42 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Vraagwoorden A1

- Leçon avec 43 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Vraagwoorden voor les TaalCompleet

- Leçon avec 41 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

T1L6 Oorzaak-gevolg

- Leçon avec 11 diapositives
TaalLager onderwijs