2E Mittwoch, den 14. September 2022 K1: personalp sein

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Kapitel 1: Ich

Mittwoch, den 14. September 2022

• Willkommen
• Nachsehen Hausaufgaben
• Ziele
• Lernliste zahlen
  
• Grammatik: das Verb sein
• Personalpronomen üben
• Hören: Personalpronomen + Zahlen
• Hausaufgaben
• Zum Schluss

Nachsehen Hausaufgaben:

Aufgaben: 2, 4, 5, 6 en 12 (bladzijden 13 tot en met 19)

Wie machen wir das?

Ziele:

• Je kent de persoonlijke voornaamwoorden.
• Je kunt het werkwoord sein vervoegen.
• Je leert een aantal getallen in het Duits

Lernliste zahlen:

Seite 26

nul t/m twintig

Grammatik: das Verb sein

• Selbständig machen Aufgabe 10 + Lesen Grammatik Seite 18
• Fertig (klaar)?: Lernen Lernliste de naam t/m wie + A Sehen + C Lesen + Grammatik Verb sein + Personalpronomen.
• Zusammen nachsehen Aufgabe 10.

wij
Vertalen in het Duits.

u
Vertalen in het Duits.

jullie
Vertalen in het Duits.

het
Vertalen in het Duits.

Aufgabe 11: Lied ergänzen

Seite 19

Personalpronomen ergänzen.

Personalpronomen und Eselsbrücke

Hören:           Seite 15

Aufgabe 7 Zahlen lernen

Hausaufgaben Woche 37

• Leren Lernliste bladzijde 26 helemaal
• Leren Grammatik bladzijde 27: pers.vnw + werkwoord sein
  
• Leren Sprachmittel Seite 27

• Maken Kapitel 1: Aufgaben:  8, 9  (bladzijden 16+17) 
• Maken Kapitel 1: Aufgabe 20 (bladzijde 23) De zinnen vertalen in het Duits en hierop in het Duits antwoord geven.
• Maken Kapitel 2: Aufgaben 2 t/m 7 (bladzijden 31 t/m 34)

Zum Schluss:

1. Waaraan herken je u in het Duits?
2. (Wij zijn) .... .... heute krank.
3. (Zijn jullie) .... .... im Urlaub (=op vakantie)
4. Morgen, .... .... (is zij) nicht anwesend.
5. (Ben je) .... .... noch immer böse?
6. (U bent) .... .... noch nicht dran (=aan de beurt)!

Grammatik: das Verb sein

jullie zijn
Vertalen in het Duits.

jij bent
Vertalen in het Duits.

zij is
Vertalen in het Duits.

ik ben
Vertalen in het Duits.

u bent
Vertalen in het Duits.

Sprechen   Seite 20-21

1. Aufgabe 13: Das Alphabet
2. Aufgabe 14: Wörter buchstabieren
3. Aufgabe 15: Aussprache
4. Aufgabe 16: Wörter nachsprechen
5. Aufgabe 17A: Wörter aussprechen -> zu zweit