Oefentoets tweede wereldoorlog

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welk begrip past bij de bron?

1. Blitzkrieg
2. D-day
3. Operatie Barbarossa
4. Slag om Stalingrad

Welke uitspraak over het begin van de Tweede Wereldoorlog is juist?

1. Duitsland viel Frankrijk aan omdat het protesteerde tegen de inval in Polen
2. Frankrijk verklaarde Duitsland de oorlog omdat het Polen aanviel
3. Na de inval in Polen verklaarde de Sovjet-Unie Duitsland de oorlog
4. Poolse soldaten vielen in 1939 per ongeluk Duitse eenheden aan

Hoe werd de economische crisis van 1923 opgelost?

1. Dawesplan
2. Blitzkrieg
3. Appeasement
4. Kellog-Briand pact

Het jaar 1942 wordt gezien als een keerpunt in de Tweede Wereldoorlog.

Welke van de volgende gebeurtenissen heeft NIET in 1942 plaats gevonden?

1. In Noord-Afrika lukte het generaal Rommel niet om het Suezkanaal, dat in Britse handen was, te veroveren.
2. De Russen versloegen het Duitse leger in de Slag om Stalingrad.
3. In de Slag bij Midway verloren de Japanners van de Amerikanen.
4. De Engelsen landden op D-Day in Normandië.

Welk voordeel had Hitler van het niet-aanvalsverdrag met de Sovjet-unie?

1. Hitler kon West-Polen veroveren
2. Hitler riskeerde door Polen verslagen te worden
3. Hitler riskeerde een oorlog met Groot-Brittannië en Frankrijk
4. Hitler riskeerde geen oorlog met Japan

Welk land hoorde niet bij de Geallieerden?

1. Groot-Brittanië
2. Frankrijk
3. Italië
4. Verenigde Staten

Welk jaartal hoort bij 'Operatie Barbarossa in de Sovjet-Unie begint'?

1. 1941
2. 1942
3. 1943
4. 1944

Wat is GEEN overeenkomst tussen fascisme en nationaalsocialisme?

1. verheerlijking van geweld
2. sterke leider
3. nationalisme
4. antisemitisme

Sleep de gebeurtenissen in de juiste volgorde van tijd. Begin met de gebeurtenis die het langst geleden is.

Duitsland valt Polen aan.

Japan valt Pearl Harbor aan.

Duitsland valt Nederland aan.

D-day.

Atoombommen op twee Japanse steden.

➤Door welke gebeurtenis eindigde de Tweede Wereldoorlog?

1. De atoombom op Nagasaki
2. De val van Berlijn
3. D-Day
4. Operatie Market-Garden

Boven de tijdbalk staan verschillende data uit het jaar 1940. 

➤Sleep bij de volgende gebeurtenissen naar de juiste dag.

Nederland geeft zich over.

Rotterdam wordt gebombardeerd.

Duitsland valt Nederland aan.

Duitsland heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog veel landen aangevallen, waaronder Frankrijk, Polen, Nederland en de Sovjetunie.

➤In welke volgorde werden deze landen door Duitsland aangevallen?

1. Polen –> Frankrijk -> Nederland -> Sovjetunie
2. Nederland -> Frankrijk – >Sovjetunie –> Polen
3. Polen –> Nederland -> Frankrijk –> Sovjetunie
4. Polen –> Nederland -> Sovjetunie –> Frankrijk

Veel historici zien de afloop van de Eerste Wereldoorlog als een oorzaak van de Tweede Wereldoorlog.

➤Welk argument hoort bij deze mening?

1. De Sovjet-Unie sloot een niet-aanvalsverdrag met Duitsland.
2. Duitsland was ontevreden over het Verdrag van Versailles.
3. Frankrijk wilde het verloren grondgebied terug hebben.
4. Groot-Brittannië vond dat Duitsland niet hard genoeg was aangepakt.

Welk begrip past het beste bij de bron?

1. censuur
2. collaboratie
3. deportatie
4. gelijkschakeling

A De Nederlandse pers werd gecensureerd.
B De Duitsers organiseerden razzia’s in Nederland.
C Nederlanders gingen steeds vaker in verzet.
D Nederland werd bezet door de Duitsers.

1 Feit A is een directe / indirecte oorzaak van feit C.
2 Feit A is een gevolg op korte / lange termijn van feit D.
3 Feit C is een gevolg op korte / lange termijn van feit D.

1. 1. indirecte, 2. korte, 3. langere
2. 1. directe, 2. korte, 3. langere
3. 1. indirecte, 2. langere, 3. langere.
4. indirecte, 2. langere, 3. korte

'Massale moord op joden tijdens de Tweede Wereldoorlog'

Welk begrip (woord) hoor bij bovenstaande omschrijving?

Deze vraag gaat over de Tweede Wereldoorlog buiten Europa. Zet de onderstaande gebeurtenissen in de juiste volgorde:
1 De VS gooien de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki.
2 De VS verklaren Japan de oorlog.
3 Japan begint met de verovering van delen van China.
4 Japan capituleert.
5 Japan valt Pearl Harbor aan.
6 Japan verovert Indonesië.

1. 3 --> 5 --> 2 --> 6 --> 4 --> 1
2. 3 --> 5 --> 2 --> 6 --> 1 --> 4
3. 3 --> 2 --> 5 --> 6 --> 1 --> 4
4. 6 --> 4 --> 2 --> 3 --> 1 --> 5

Deze opdracht gaat over een historische bron: een oproep om te gaan staken die op 25 februari 1941 in Amsterdam werd verspreid.

Lees eerst de bron. Trek je conclusie: Wat was de belangrijkste eis van de initiatiefnemers?

1. dat de lonen en de uitkeringen fors zouden worden verhoogd
2. dat de (socialistische) NVV niet gelijkgeschakeld zou worden
3. dat de terreur tegen de joodse bevolking meteen zou stoppen
4. dat NSB-leider Mussert niet de leiding over Nederland zou krijgen

De schrijver herinnert zich een periode in het westen van Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog.

a. Hoe heet deze periode?
b. Leg uit hoe de spoorwegstaking dit verergerd heeft.

De volgende zinnen beschrijven het gedrag van vier Nederlanders tijdens
de Tweede Wereldoorlog:
1 Een man meldt zich aan voor de strijd tegen de Sovjet-Unie.
2 Een politieman geeft leiding bij het oppakken van Joden.
3 Een radio-omroeper deelt mee dat het Nederlandse leger heeft gecapituleerd.
4 Een vrouw wordt verliefd op een Duitse soldaat.

Welke vorm of welke vormen van gedrag zijn voorbeelden van collaboratie?

1. Nummer 1 en 2
2. Nummer 2
3. Nummer 2 en 3
4. Alleen nummer 4

In de bron wordt een begrip beschreven dat past bij de nationaalsocialistische politiek van Duitsland.

Noem dit begrip.

Welke kenmerk van een totalitaire staat zie je terug in deze foto? Licht je antwoord kort toe.

De eerste maanden viel de bezetting de meeste Nederlanders wel mee, maar vanaf 1941 werd de onderdrukking harder.
Geef voor beide een verklaring.

Eind 1938 was er veel discussie in Groot-Brittannië over de appeasement-politiek van Chamberlain ten opzichte van Duitsland. Noem een argument van een voorstander en een argument van een tegenstander van deze politiek.

Eerste Wereldoorlog

Tweede Wereldoorlog

Welke gebeurtenis vond eerder plaats?

1. D-day
2. hongerwinter

Waar heeft D-day plaatsgevonden?

1. Duitsland
2. Frankrijk
3. Nederland
4. Japan

Is operatie Market Garden gelukt?

1. Ja
2. Nee

hongerwinter

market garden

kristallnacht

dictator 

Stalingrad

D day

pearl harbor 

6 juni 1944

1941

1944

1938

1933

1942/43

1944/45

Hoe noem je afgesloten stadswijken voor Joden?

1. Razzia
2. Operation Market Garden
3. Getto
4. Rijkskristalnacht

Hoe heette de aanval van Duitsland op de Sovjet Unie?

1. Blitzkrieg
2. Operatie Barbarossa
3. Operatie Market Garden
4. D-Day

1. Keerpunt: Slag om Stalingrad
2. Keerpunt: aanval op Pearl Harbor
3. Kernbom op Nagasaki
4. Aanval op Nederland

Deze afbeeldingen gaan over:

1. Hyperinflatie
2. Staatsgreep
3. Holocaust
4. Dolkstootlegende

Een bekend Nederlands doorvoerkamp was...

1. Mechelen
2. Sobibór
3. Auschwitz
4. Westerbork

In concentratiekamp Westerbork zijn Joden vervoerd naar vernietigingskampen zoals Auschwitz. Welke fase past hier bij?

1. discriminatie
2. Concentratie
3. Deportatie
4. vernietiging

Geef van de 5 voorbeelden aan of hier sprake is van 'verzet' of 'collaboratie':

1. Persoonsbewijzen vervalsen.
2. Joodse kinderen helpen.
3. Onderduikers verraden.
4. Illegale kranten verspreiden.
5. Nazi- propaganda verspreiden.

1. 1. verzet, 2. verzet, 3. collaboratie, 4. verzet, 5. collaboratie
2. 1. collaboratie, 2. verzet, 3. collaboratie, 4. verzet, 5. collaboratie
3. 1. verzet, 2. verzet, 3. collaboratie, 4. collaboratie , 5. collaboratie
4. 1. collaboratie, 2. collaboratie, 3. verzet, 4. collaboratie, 5. verzet

Welke gebeurtenis heeft de Hongerwinter van 1944-1945 als het ware verergerd?

1. De Slag om Arnhem
2. De spoorwegstaking
3. De februaristaking
4. Het bombardement op Rotterdam

Wat was de aanleiding voor de VS om mee te gaan doen in de Tweede Wereldoorlog?

Door wie werd de atoombom ingezet en wie was hier het slachtoffer van?

1. Amerika wierp een atoombom op Rusland.
2. Japan wierp een atoombom op Amerika.
3. Amerika wierp een atoombom op Japan.
4. Japan wierp een atoombom op Engeland.

Wat hield het begrip 'Arbeitseinsatz' (arbeidsinzet) in?

1. Inzet Duitse mannen in Nederlandse economie
2. Inzet van Joden in Duitse economie
3. Inzet van Joden in Nederlandse economie
4. Inzet Nederlandse mannen in Duitse economie