Mentorles_Motivatie

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesStudievaardigheden+1Middelbare schoolMBOvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6Studiejaar 1-4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Module inzicht: Je kunt invloed uitoefenen op je eigen gedrag.

Les inzicht: Je wilskracht kan op raken. Daarom is het handig om dingen voor elkaar te krijgen zonder dat deze veel wilskracht kosten. Iets wat weinig wilskracht kost is een gewoonte. Van onze gewoontes kunnen we leren hoe we dingen met minder wilskracht kunnen doen. 

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat vind jij vaak lastig om
te doen?
Op tijd komen in de les.
Aan mijn planning houden.
Mijn telefoon mijn tas te doen voordat de les begint.
Vroeg opstaan om naar school te gaan.
Huiswerk maken.
Te luisteren naar de docent.
Mij te concentreren op mijn schoolwerk.
Boeken in mijn kluisje stoppen die ik nog niet nodig heb.
Mijn huiswerk op schrijven in mijn schoolagenda.
Niet te praten met mijn klasgenoten tijdens de les.

Slide 3 - Sondage

  • Wijs de leerlingen erop dat er maar één antwoord kan worden gegeven, dus dat ze het antwoord aanklikken dat ze het lastigst vinden.
Waar begint motivatie mee?





Met het hebben van een doel.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kun je aan meerdere doelen op hetzelfde moment werken?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Dus, beantwoord de vraag: Welk(e) doel(en) heb ik nog in de komende weken?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat helpt NIET bij het behalen van dat/ die doel/ doelen? Noem zoveel mogelijk dingen!

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Tip 1: Herinner jezelf

Een leraar zal je de weg wijzen maar
je zal zelf moeten gaan lopen.





Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Schrijf twee dingen op die je kan doen zodat je
makkelijker aan de slag kunt gaan.

Slide 10 - Question ouverte

  • Leg uit dat het dus gaat om 3 dingen die je kunt doen om het makkelijker te maken om je gewoonte uit te voeren.
Extra informatie
Belangrijk hierbij is dat de leerlingen dingen opschrijven die de drempel zo laag mogelijk maken. Het zorgt er dus voor dat ze nog minder stappen hoeven te zetten om hun gewoonte uit te voeren.
Enkele voorbeelden:
  • Je sportkleding helemaal klaar leggen, zodat je het alleen nog hoeft aan te trekken om te gaan sporten.
  • Je leesboek op je hoofdkussen leggen, zodat je het al in je handen hebt om naar bed te kunnen gaan en nog een stukje kan lezen. 
  • Een stofzuiger klaarzetten in je kamer, zodat je hem alleen nog maar aan hoeft te zetten om te gaan schoonmaken.
  • Je schoolboeken al helemaal op de juiste pagina open leggen op je bureau met pen en papier erbij.

Tip 2: Maak het 'leuk'

Reality check: 
Sommige dingen worden nooit echt leuk!

Maar wat helpt ook niet?
Duizend keer tegen jezelf zeggen
 dat het niet leuk is!

Slide 11 - Diapositive

  • Lees de slide voor.
Extra informatie
Denk terug aan het voorbeeld van tandenpoetsen. Het zien van je tandenborstel herinnert je eraan dat het poetsen van je tanden zorgt voor een lekkere frisse adem. Die gedachte maakt het makkelijker om het ook echt te gaan doen. Wanneer je iets moet doen waarbij de actie langer duurt, minder leuk is of de beloning nog niet zo duidelijk en direct is helpt het om wat je wilt of moet doen zo leuk mogelijk te maken voor jezelf.
Bijvoorbeeld: Wanneer je je huiswerk gaat maken met lekkere snacks erbij en leuke muziek is dat vooruitzicht al een stuk fijner en vergroot je de kans dat je het ook echt gaat doen.

Tip 3: Maak het makkelijk.

Door het leren of maken van huiswerk uit te
 stellen, wordt het alleen maar moeilijker
het toch te gaan doen. 

Begin zo snel mogelijk, dan heb je ook weer
 snel tijd voor andere (leuke) dingen.

Slide 12 - Diapositive

  • Lees de slide voor.
Extra informatie
Denk terug aan het voorbeeld van tandenpoetsen. Het zien van je tandenborstel herinnert je eraan dat het poetsen van je tanden zorgt voor een lekkere frisse adem. Die gedachte maakt het makkelijker om het ook echt te gaan doen. Wanneer je iets moet doen waarbij de actie langer duurt, minder leuk is of de beloning nog niet zo duidelijk en direct is helpt het om wat je wilt of moet doen zo leuk mogelijk te maken voor jezelf.
Bijvoorbeeld: Wanneer je je huiswerk gaat maken met lekkere snacks erbij en leuke muziek is dat vooruitzicht al een stuk fijner en vergroot je de kans dat je het ook echt gaat doen.

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zou voor jou een
goede beloning zijn?

Slide 14 - Carte mentale

  • Brainstorm met de klas over beloningen.
  • Laat de leerlingen zoveel mogelijk beloningen voor zichzelf bedenken en delen.
Extra informatie
Er zijn twee dingen belangrijk bij het bedenken van een goede beloning. Ten eerste is het belangrijk dat de beloning op korte termijn gegeven kan worden na het gedrag. Als tweede is het belangrijk dat de beloning speciaal voelt en niet iets is wat de leerling toch al zou doen/krijgen.

Alle tips:
  1. Herinner jezelf (waar doe je het voor).
  2. Maak het 'leuk' (klagen helpt niet).
  3. Maak het makkelijk (uitstellen maakt het moeilijker).
  4. Beloon jezelf (wat doe je als je klaar bent).

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions