La maison (1)

La maison
Vandaag oefen je met de vocabulaire rondom het thema "huis''
en je herhaalt de werkwoorden
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

La maison
Vandaag oefen je met de vocabulaire rondom het thema "huis''
en je herhaalt de werkwoorden

Slide 1 - Diapositive

Vocabulaire

"La maison"

Slide 2 - Diapositive

La cave
La chambre
la salle de bains
la cuisine
le jardin
le garage

Slide 3 - Question de remorquage

L'escalier
La cave
Le bureau
Le living/    le salon
La salle de bains
La cuisine
La terrasse
Le garage
Les toilettes
Le grenier

Slide 4 - Question de remorquage

Voici une jolie .....
A
fenetre
B
fenêtre

Slide 5 - Quiz

Il y a (een trap) pour monter au 1er étage

Slide 6 - Question ouverte

Il y a combien de (kamers) dans ta maison?

Slide 7 - Question ouverte

In de volgende dia's ga je werkwoorden tussen (..) vervoegen. Je typt steeds alleen het werkwoord in de juiste vorm.

Slide 8 - Diapositive


La maison ..... 5 chambres (avoir)

Slide 9 - Question ouverte


Les voitures ..... dans le garage (être)

Slide 10 - Question ouverte


Nous .... dans une grande maison (habiter)

Slide 11 - Question ouverte


Vous .... la télévision dans le salon? (regarder)

Slide 12 - Question ouverte

On va faire des phrases!!

Vertaal steeds de gegeven zin.

Slide 13 - Diapositive

Traduis:
Het huis heeft een tuin

Slide 14 - Question ouverte

Traduis:
Jij doet het licht aan in de slaapkamer

Slide 15 - Question ouverte

Devinettes
Je krijgt een aantal raadsels. Het antwoord is steeds een kamer in het huis. Antwoord in het Frans

Slide 16 - Diapositive

1: Je suis la salle où toute la famille peut dîner

Slide 17 - Question ouverte

2: Je suis la pièce où tu prépares le dîner

Slide 18 - Question ouverte

3: Tu te douches ici

Slide 19 - Question ouverte

5: Tu regardes la télévision ici

Slide 20 - Question ouverte

6

Slide 21 - Vidéo

00:44
Waar heeft de opa gewerkt?
In de ....

Slide 22 - Question ouverte

00:58
1. Waar is oma aan het lezen? Op het ..
2. Wat leest ze? ..

Slide 23 - Question ouverte

01:15
Waar heeft moeder staan klussen?
In de ....

Slide 24 - Question ouverte

01:35
Waar hebben de oom en tante afgelopen zondag flink gewerkt? En wat hebben ze gemaakt?

Slide 25 - Question ouverte

01:58
In welke kamer maakten de neefjes, nichtjes, broers en zussen elkaar bang?

Slide 26 - Question ouverte

02:05
Waar speelt men viool? In de ..

Slide 27 - Question ouverte

Une fenêtre
Une
chaise
Un
lit
une table
Un mur

Slide 28 - Question de remorquage

Les devoirs;

Lis les textes sur page 121, et fais exercice 6 question 1 -13
étudier apprendre 1,2

Slide 29 - Diapositive