Duitse les 3 - Ferien




         Herzlichen wilkommen!
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon




         Herzlichen wilkommen!

Slide 1 - Diapositive

Weet je nog?
Stel jezelf eens voor in één zin!

Slide 2 - Carte mentale

Waar ga of wil jij dit jaar wel
heen op vakantie?

Slide 3 - Carte mentale

Wil jij sporten als je op vakantie bent?
Zoja: welke sporten?

Slide 4 - Carte mentale

Was machen wir heute?
1. We zien een video waarin verschillende vakanties worden besproken.
2. Je beschrijft jouw eigen ideale vakantie.

Slide 5 - Diapositive

Doel:
Ik kan vertellen welke sporten ik op vakantie wil uitoefenen.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

In de video zegt David: “Was meinen sie, ....."
Wat zou 'sie' betekenen?

Slide 8 - Question ouverte

Wie lange haben Schülkinder im Sommer Ferien?

Slide 9 - Question ouverte

Was sind laut Statistiek die beliebsten Urlaubsländer der Deutschen?

Slide 10 - Question ouverte

Wie viele Tagesbesucher kommen Jährlich nach Garmisch-Partenkirchen?
A
420.000 Menschen
B
4.200.000 Menschen
C
4.620.000 Menschen

Slide 11 - Quiz

Hoe werkt biathlon volgens jou?

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

David wil volgende keer naar de Oostzee. Nina vindt dat 'langweilig'. Wat betekent dat denk je?
A
Vervelend
B
Irritant
C
Saai
D
Cool

Slide 14 - Quiz

Omschrijf nu eens welke sporten uit de video jij zou willen proberen als je naar Garmisch-Partenkirchen zou gaan.
Voorbeeld: "Ich möchte gerne ...... weil ......."
Vertel ook welke sport je niet wil doen, als dat het geval is.
Voorbeeld: "Ich will nicht ....... weil ......."

Slide 15 - Question ouverte

Vertel nu in tweetallen/drietallen welke sporten jij wel en welke sowieso niet wilt uitoefenen in Garmisch-Partenkirchen.

Slide 16 - Diapositive

Doel:
Ik kan vertellen welke sporten ik op vakantie wil uitoefenen.

Slide 17 - Diapositive

Heb ik doel behaald?

Slide 18 - Carte mentale

Wat te doen als je een woord niet begrijpt?
1. Lees een stukje terug of verder: daar staat soms een woord dat ongeveer hetzelfde betekent, dat het tegenovergestelde betekent of daar wordt soms uitgelegd wat een woord betekent.
2. Kijk naar illustraties (als deze er zijn), misschien heeft deze met het woord te maken.
3. Kijk naar het woord. Misschien ken je een deel van het woord.
4. 1/2/3 lukt niet? Vraag aan iemand of gebruik www.mijnwoordenboek.nl.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive