Word order (Woordvolgorde)

Word order (Woordvolgorde)
3C
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Word order (Woordvolgorde)
3C

Slide 1 - Diapositive

Programma
* Hoe was de vakantie/stage
*Zaken op orde
* Lesdoelen
* Grammatica uitleg (woordvolgorde)
* Uitleg opdrachten
* Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

How was your vacation?

Slide 3 - Diapositive

How was your vacation?

Slide 4 - Question ouverte

Zaken op orde
* Toets inhalen

* MWU
* Dinsdag middag
* In de les

Slide 5 - Diapositive

Chapter 3
Ayse
Roa
Abduall
Nigel
Rowshayna
Tessa
Stefan
Dalya
Mike


Reading test
Roa
Mike

Slide 6 - Diapositive

Lesson goal
At the end of the lesson:
You will be able to tell the word order of a sentence.
You can create sentences with the correct word order.
* You can explain per word what the function is

Slide 7 - Diapositive

Word order
- In het Engels heb je vaak een vast volgorde

Wie / doet / wat / waar/ wanneer



Slide 8 - Diapositive

Put the words in the correct order:
every Friday night / dancing / Mandy / in the club / likes to go.

Slide 9 - Question ouverte

Put the words in the correct order:
volleyball / in the summer / we / play / on the beach

Slide 10 - Question ouverte

Tijdsbepaling
Vaak: aan het einde van de zin

Uitzondering: wanneer je het wil benadrukken wanneer iets gebeurt.

On Saterdays I like to go rolling-skating in the park.

Slide 11 - Diapositive

Bijwoorden
Bijwoorden als usually, always, never, sometimes en often staan in het Engels altijd vóór het werkwoord

George never plays tennis outside.

Slide 12 - Diapositive

Uitzondering
Als er een vorm van to be (am, are, is, was, were) in de zin staat, komen deze bijwoorden achteraan.

We were often at the beach last summer.

Slide 13 - Diapositive

Work time
Textbook: page 67
Workbook: page 12, 13

Exercise 12, 13

But first  do the exercise on Socrative
(20 minutes)

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

Wat is de woordvolgorde?

Slide 16 - Question ouverte

Put the words in the correct order
a leather jacket / he / last week / at the store / bought

Slide 17 - Question ouverte

Tomorrow
- Talk about your parttime job (bijbaantjes)
- Talk about earning / spending money

Slide 18 - Diapositive