§1.2 het practicum materiaal

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Vandaag

- Bespreken opg. 1.1  (15 min)

- Uitleg 1.2 practicum lokaal (10min)

- Oefen deel 1 - 1.2 (30 min)

- Practicum brander aansteken ( 30 min)

- Oefen deel 2 - 1.2  (10 min)

Vraag 5

Vraag 5

Vraag 5

Vraag 7b

Vraag 7b

 

7b: Breng water op verschillende temperaturen en meet steeds hoelang het duurt totdat al het

water is verdampt.

Vraag 7c

Vraag 7c

 

7c: Dit is een kwantitatief experiment omdat je zowel de temperatuur als de verdamptijd

uitdrukt in een getal.

Leerdoelen

1.2 Practicumlokaal

- Ik kan in het practicumlokaal herkennen wat de voorzieningen zijn voor elektriciteit, gas en       

   water

- Ik kan de belangrijkste veiligheidsregels noemen

- Ik kan minstens vijf voorwerpen in het practicumlokaal benoemen die zorgen voor meer 

   veiligheid

- Ik kan veiligheidspictogrammen herkennen

Methode/LessonUp instellen

1.2 Het practicumlokaal

Regels in het practicumlokaal

We nemen samen de regels even door. 

Veiligheidsvoorzieningen in het lokaal

brandblusser: gebruik je om een grotere brand te 

blussen.Niet bij personen gebruiken.

noodstop: knop die gas, water en stroom afsluit 

als je erop drukt.

Veiligheidsvoorzieningen in het lokaal

labjas: katoenen jas om je kleren te beschermen.

veiligheidsbril: bril om je ogen te beschermen.

blusdeken: deken die je gebruikt om een kleine

brand te blussen of als de kleren van iemand 

branden.

Veiligheidsvoorzieningen in het lokaal

nooddouche: daar ga je onder staan als je een 

bijtende stof op je huid of kleren hebt gekregen.

oogdouche: fonteintje om je ogen te spoelen als 

je daarin een bijtende stof hebt gekregen.

Gevaren symbolen

Oefenen

• Lezen: blz. 12 en 13
• Maken opg. 10 t/m 14

De brander (onderdelen)

• Schoorsteen
• Gasregelknop
• Luchtring
• Gasslang

De gele vlam (pauzevlam)

• De luchtring is dicht
• Een gele vlam zie je goed
• Je gebruikt de gele vlam als je pauzeert 
• De gele vlam heet ook wel de pauzevlam
• nadeel: wat je in de vlam houdt wordt zwart

De stille blauwe vlam

• De luchtring staat een beetje open
  
• Een blauwe vlam gebruik je als je iets verwarmt. 

• Nadeel: Je ziet hem slecht

De ruisende blauwe vlam

• De luchtring is helemaal open
• De ruisende vlam is de heetste vlam
• Er ontstaat altijd een kegeltje in de vlam

Oefenen

• Lezen: blz. 14
• Maken opg. 15 en of 16 (afhankelijk van de gekozen leerroute)

Huiswerk

Noteer in je Plenda het huiswerk voor volgende week. 

        Maak een keuze uit leerroute V of G.

• Practicum 1 Werking van een gasbrander
  

       V-route 10 t/m 15

       of

• Practicum 1 Werking van een gasbrander
  

       G-route 10, 12, 14 t/m 16