9 inleiding Massacultuur & 9.1 American dream

1 / 30
suivant
Slide 1: Vidéo
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 30 diapositives, avec diapositives de texte et 12 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Lesdoelen deze les:
  • Leren wat The American Dream inhoudt.
  • Verschil leren tussen hoge en lage kunst.
  • Wat is een zeefdruk?
  • Kennismaken met Musicals.

Slide 2 - Diapositive

Massa
cultuur
na 1945

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Helden als Captain America en Superman symboliseren de status van de Verenigde Staten na de Tweede Wereldoorlog: cool, aantrekkelijk en sterk. Maar is dat ook het echte Amerika?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Watchmen versus
DC en Marvel

Slide 7 - Diapositive

Kunstenaars als Andy Warhol maken dankbaar gebruik van de 'heldenstatus' die de VS hebben. Alles superhelden, beroemde artiesten en acteurs verwerkt hij in zijn werk. Hij gaat helemaal voor stereotypes en oppervlakkigheid. Dat wordt zijn handelsmerk.  

Slide 8 - Diapositive

Eigenlijk is Andy Warhol één van de eersten die Hoge kunst ter discussie stelt.

Hoge kunst (hoge cultuur): Kunst waar je kennis voor moet hebben; je moet er over geleerd hebben om het te kunnen begrijpen. Het wordt dan ook wel kunst voor de elite of kunst voor intellectuelen genoemd.

Lage kunst (lage cultuur): Kunst voor de massa, uit de cultuur van het alledaagse dat iedereen kent. Te zien op straat (o.a. graffiti), popmuziek (o.a. videoclips), films, reclame (spotjes, posters enz.) en dergelijke.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

Zeefdruk is een druktechniek waarbij inkt door een fijn gaas (de zeef) op een oppervlak wordt gedrukt. Een sjabloon wordt op de zeef aangebracht, waarbij bepaalde delen van het gaas inkt doorlaten en andere delen blokkeren. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Warhol en Lichtenstein:
Wat zijn volgens jou overeenkomsten en verschillen?

Slide 15 - Diapositive

9.1 American Dream

Slide 16 - Diapositive

Mede door de heldenrol die de Verenigde Staten in WO II hebben gespeeld als bevrijder en wederopbouwer vinden veel Europeanen de cultuur van de Amerikanen cool. Producten als kauwgom, Coca Cola en Jeans worden razend populair. 

Slide 17 - Diapositive

The American Dream
=

Iedereen, ongeacht afkomst, zou in de VS door hard werken succesvol moeten kunnen worden en een beter leven opbouwen. Het symboliseert kansen, vrijheid en de belofte van vooruitgang, vooral op economisch en sociaal gebied.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Welke stad wordt ook wel "The City that never sleeps" genoemd?

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Door de opkomst van de geluidsfilm worden Theaterproducties uit Broadway, zoals Leonard Bernstein's "On the town" verfilmd tot enorme Hollywood kaskrakers!! 

Vooral de rollen van zelfstandige, werkende vrouwen die gaan voor een 'One night stand' vallen op.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Musicals beginnen ook heel populair te worden. Dit zijn grootschalige theater, zang- en dansshows. "On the town" is één van de eerste musicals die als film wordt uitgebracht.

Slide 24 - Diapositive

The American Dream gaat echter lang niet op voor iedereen. Als je een niet blanke tint hebt is het vaak veel moeilijker.....  Zo ondervindt ook jazz zangeres Ella Fitzgerald.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Gelukkig had Ella Fitzgerald wel een vriendin die haar erg bewonderde. Zij hielp Fitzgerald om door te breken in een beroemde nachtclub. Het enige wat die vriendin hoefde te doen van de nachtclubeigenaar is op de eerste rij zitten....
Norma Jane aka Marilyn Monroe

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Slide 29 - Vidéo

Verwerkingsopdracht:
Hiernaast zie je een filmpje met 'special effect' in Supermanfilms in de jaren '50. 
  • Hoe is dat effect gemaakt denk je?
  • Hoe zou dat in een nieuwe, moderne film van Superman gedaan worden denk je?
  • Hoe kan het dat het filmpje uit de jaren '50 nu niet meer geloofwaardig overkomt en toen wel?

Slide 30 - Diapositive