09-01-2025 Elevator pitch - product presentatie/verkopen + woordenschat verbreding

Alle goeds voor 2025!!
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsWOHBO

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte et 8 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Alle goeds voor 2025!!

Slide 1 - Diapositive

Les 2
13.00  Hoe hebben jullie de feestdagen beleefd?
             Korte terugblik op vorige les. Vragen?
13.30  Spreken: Zoek 1 of 2 kaarten die bij je passen en vertel elkaar 
             waarom je deze kaart hebt gekozen
14.00  Theorie/ filmpjes over pitchen
14.15   Pitch voorbereiden en oefenen 
Pauze
15.00  Schrijfopdrachten bij De Finale en H1
16.00  Pitchen en feedback geven/ontvangen
16.45  Afsluiting: Tips en tops. Wensen laatste les?


Slide 2 - Diapositive

Aan het eind van deze les weet je...

... hoe je een elevator pitch houdt.
....heel wat nieuwe woorden en hiermee verrijk je jouw 
     woordenschat  
... waar een elevator pitch aan moet voldoen.

Slide 3 - Diapositive

Elevator pitch
Wat is een Elevator Pitch?
Waarvoor gebruik je een Elevator Pitch?
Wat zijn je kwaliteiten en vaardigheden + opdracht
Zelf pitchen 

Slide 4 - Diapositive

Elevator pitch
"Een elevator pitch is een korte presentatie waarin je enthousiast vertelt over jezelf en een product of idee verkoopt."
Je verbreed jouw woordenschat door nieuwe woorden te leren.

Waarom heet het eigenlijk zo? Lees snel verder!

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Vidéo

Wat is een Elevator Pitch?

Elevator pitch betekent liftpraatje.


Een Elevator Pitch is een middel
om jezelf in 30 tot  maximaal 60 seconden te presenteren aan een ander met als doel
jouw kwaliteiten en eigenschappen over te brengen

Slide 11 - Diapositive

 Elevator Pitch 
  • Kort
  • Duidelijk
  • Krachtig
  • Verhalend


  1. Kort
  2. Duidelijk: Laat moeilijke en hippe woorden achterwege
  3. Krachtig gebruik concrete woorden
  4. Visueel: gebruik aanschouwings materiaal
  5. Verhalend: Opbouw/structuur (begin-midden-slot)
maak het overtuigend

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Waarvoor gebruik je een Elevator Pitch?


  • Dagelijks leven + sollicitaties ('vertel eens wat over jezelf?')
  • Middels een pitch 'verkoop' je jezelf
  • Middels een pitch kun je ook een product/bedrijf 'verkopen'




Slide 14 - Diapositive

Waaruit bestaat een Elevator Pitch?

  • Een korte beschrijving van jou als persoon
  • Een korte beschrijving van jouw kwaliteiten
    + waaruit dit blijkt
  • Een korte beschrijving van jouw eigenschappen
  • Een korte beschrijving van wat je wilt bereiken



Slide 15 - Diapositive

Hoe maak je een Elevator Pitch
  1. Bepaal jouw belangrijkste eigenschappen en kwaliteiten en bepaal wat de meest belangrijke zaken zijn die besproken moeten worden. Wat moet de ander over jou weten?
  2. Begin met het volledig uitschrijven van je pitch, dit mag nog langer zijn dan een minuut
  3. Schrap nu steeds informatie totdat je een verhaal overhoudt dat je in 60  tot 90 seconden kunt vertellen
  4. Je kunt ervoor kiezen om bijvoorbeeld producten te gebruiken of afbeeldingen toe te voegen aan je presentatie, maar dit hoeft niet
  5. Oefen je pitch een paar keer hardop en verbeter het verhaal als dat nodig is
  6. Presenteer je pitch in de klas
  7. Vraag klasgenoten om hun mening over jouw pitch

Slide 16 - Diapositive

Waarvoor gebruik je een Elevator Pitch?

- Dagelijks leven + sollicitaties ('vertel eens wat over jezelf?')

- Woordenschat verbreden

- Middels een pitch 'verkoop' je jezelf

 - Middels een pitch kun je ook een product/bedrijf 'verkopen'

- Bij de volgende slide kan je de volgende twee voorbeelden zien.            Maar eerst dit YouTube filmpje

https://www.youtube.com/watch?v=i6O98o2FRHw





Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

In 3 stappen een krachtige pitch

Stem je pitch af op het publiek en de context. Wat maakt het voor hen relevant?
Vertel waarom jij erom geeft. Deel voorbeelden uit eigen ervaring.
Transformeer het publiek: verander wat je publiek weet, maar ook wat ze geloven, voelen en doen.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Hoe ging het?
Wat ging goed?
Wat kan beter?


Slide 21 - Diapositive