Verkiezing 3.4

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Parlementaire democratie

1. Herhalen

2. Uitleg: actief/passief kiesrecht, zwevende kiezer, redenen om te stemmen en evenredige vertegenwoordiging en districtenstelsel

3. aan de slag

4. afsluiten

Verkiezingsfraude is een kenmerk van een autoritair systeem

1. juist
2. onjuist

Nederland is een indirecte democratie

1. juist
2. onjuist

Politiek rechts wil dat de overheid veel belasting vraagt zodat zij de oplossingen voor burgers kunnen organiseren

1. Juist
2. Onjuist

Liberalen zijn vinden dat de overheid zich moet focussen op kerntaken als defensie, onderwijs en bescherming van de vrijheden

1. juist
2. onjuist

Welke waarden passen

                   is één van de kernwaarden van het Liberalisme 

is een belangrijke waarde van de sociaal democratie 

Solidariteit

Vrijheid

De SGP is

1. Sociaal democratisch
2. Liberaal
3. Confessioneel
4. one-issue

Waarom is persvrijheid zo belangrijk voor de democratie? Geef een voorbeeld bij je antwoord van een land waarin dit speelt.

Kiesrecht

Actief: stemmen vanaf je 18de

Passief: je mag jezelf verkiesbaar stellen (kandidaat op een lijst)

Stemmen

Je stemt op een bepaalde partij omdat:

 1. je bent het met ze eens

2. ze opkomen voor jou belang

3. strategisch (je wilt dat zij een grote partij worden)

4. persoon (lijsttrekker)

Zwevende kiezer: stemmen niet altijd op dezelfde partij

Opkomst

Evenredige vertegenwoordiging

Districtenstelsel (meerderheidsstelsel)

Opdracht

1. Leg in je eigen woorden het evenredige vertegenwoordiging en het districten- of meerderheidsstelsel uit (gebruik daarbij ook kiesdeler)

2. noem 3 voordelen en 3 nadelen van evenredige vertegenwoordiging

3. vul je de stemwijzer in. 

Schrijf op op welke partij jij zou stemmen? En of dat dezelfde is als de stemwijzer zegt?

tweedekamer2023.stemwijzer.nl

Wat ben jij?

progressief/conservatief

Links/midden/rechts

Sociaal-democratisch/christendemocratisch/Liberaal

zwevend

Nederland heeft een kiesdrempel

1. juist
2. onjuist

de formatie duurt in Nederland meestal kort (2-4 weken)doordat we goed zijn in een compromis sluiten en consensus

1. juist
2. onjuist

De toekomstige minister-president is meestal ook de formateur

1. juist
2. onjuist