2.3 Massa en volume

2.3 massa en volume
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

2.3 massa en volume

Slide 1 - Diapositive

massa
massa zegt iets over de deeltjes waar een stof uit bestaat.
Hoe zwaar iets weegt in kilogram of gram
Massa meet je met een weegschaal

Slide 2 - Diapositive

volume
Volume zegt iets hoeveel ruimte een voorwerp inneemt (inhoud)
De eenheid van volume is liter of kubieke meter 
Deze kun je berekenen (lengte x breedte x hoogte)
of bepalen met de onderdompelmethode
m3

Slide 3 - Diapositive

De eenheid van massa kan zijn...
A
Liter
B
Centimeter
C
Gram

Slide 4 - Quiz

Wat heeft meer massa (in normale toestand)?
1m3verenof1m3lood
A
De veren hebben de grootste massa.
B
Het lood heeft de grootste massa.
C
Beiden hebben een even grote massa.
D
Weet ik niet.

Slide 5 - Quiz

Massa bepaal je met een
A
liniaal
B
geodriehoek
C
weegschaal
D
maatcilinder

Slide 6 - Quiz

Welk symbool hoort bij massa ?
A
M
B
N
C
m
D
G

Slide 7 - Quiz

Welke eenheid hoort bij volume?
A
Uur
B
Liter
C
Kelvin
D
Seconde

Slide 8 - Quiz

Het symbool van volume is
A
V
B
L
C
v
D
dm3

Slide 9 - Quiz

Gaan we nu kijken naar het volume.
Wat is een ander woord voor volume?
A
oppervlakte
B
maat
C
inhoud
D
grootte

Slide 10 - Quiz

De formule voor volume is...
A
l x b x h
B
m/v
C
p x v

Slide 11 - Quiz

beginstand: 15 mL
eindstand: 24 mL
Wat is het verschil in volume?
A
10 cm3
B
14 cm3
C
9 cm3
D
11 cm3

Slide 12 - Quiz

De volgende opgaven worden gemaakt met de volgende methode:

stap 1: gegevens

stap 2: gevraagd

stap 3: oplossen

(geg, gev, op)

(g.g.o.)

Na deze lessonup zal ik nog een soortgelijke methode benoemen die wij gaan aanhouden.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive