Spelling H3 - opdr. 9 en 10

Spelling
Hoofdstuk 3
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Spelling
Hoofdstuk 3

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Leerdoel: je kan werkwoorden op de juiste manier spellen en een argumentatieschema invullen.
- Woord van de week
- Terugblik
- Huiswerk bespreken
- Opdracht argumentatieschema
- Opdr. 9 en 10 Spelling H3 maken

Slide 2 - Diapositive

Wat betekent het woord van de week 'langefransen'?

Slide 3 - Question ouverte

Woord van de week
Langefransen: desinformatie verspreiden over aliens of complotten.

Slide 4 - Diapositive

Vervoeg het woord tussen haakjes in de volgende zin: Ik heb gisteren (langefransen) op sociale media.

Slide 5 - Question ouverte

Welke tekststructuren zijn er?

Slide 6 - Carte mentale

Welke werkwoordsvormen zijn er?

Slide 7 - Carte mentale

Zet de zin in de verleden tijd: De jongen (antwoorden) niet op de vraag van de docent.

Slide 8 - Question ouverte

Zet de zin in de verleden tijd: De caissière (schatten) de leeftijd van de jongen verkeerd in.

Slide 9 - Question ouverte

Huiswerk bespreken
Opdr. 6 Lezen H2
Let op spelling, formulering en leestekens!

Slide 10 - Diapositive

Opdracht argumentatieschema
- Op papier
- Tekst in stilte lezen (10 min)
- Markeer signaalwoorden: redengevende en opsommende signaalwoorden
- Vul het schema in
- In tweetallen
- 5 min
- Daarna klassikaal bespreken

Slide 11 - Diapositive

Opdr. 9 en 10 Spelling H3 maken
- Blz. 105
- Eerste zin -> schrijf je antwoorden op een los blaadje -> maak van het blaadje een propje -> op mijn teken mag je het propje omhoog gooien -> daarna pak je een propje van de vloer -> je checkt de antwoorden en verbetert de antwoorden als dat nodig is -> we doen het nog een keer!
- Daarna in tweetallen
- Op je laptop
- Klaar? Opdr. 3 Woordenschat H2 (3.14) mag je overslaan
- Huiswerk

Slide 12 - Diapositive

Wil je meer uitleg over de pv verleden tijd of het voltooid deelwoord?

Slide 13 - Question ouverte