Ontdek Europa

Ontdek Europa

Leerdoel

Aan het einde van deze les kennen jullie alle plaatsen en namen van landen in Europa.

Vertel de leerlingen wat het doel van de les is.

Wat weet jij al over de landen in Europa?

Introductie

Europa is een continent met veel verschillende landen. Laten we samen ontdekken welke landen dit zijn en waar ze liggen.

Stel de leerlingen op hun gemak en maak ze enthousiast.

Interactieve kaart

Klik op de kaart om de verschillende landen te ontdekken.

Laat de leerlingen de kaart verkennen en vraag ze om naar voren te komen en de namen van landen op te noemen.

Noord-Europa

Noord-Europa bestaat uit landen zoals Noorwegen, Zweden en Finland.

Leg uit welke landen er in Noord-Europa zijn en wat hun kenmerken zijn.

West-Europa

In West-Europa vind je landen zoals Frankrijk, Duitsland en Nederland.

Leg uit welke landen er in West-Europa zijn en wat hun kenmerken zijn.

Zuid-Europa

Zuid-Europa bestaat uit landen zoals Spanje, Italië en Griekenland.

Leg uit welke landen er in Zuid-Europa zijn en wat hun kenmerken zijn.

Oost-Europa

In Oost-Europa vind je landen zoals Polen, Rusland en Roemenië.

Leg uit welke landen er in Oost-Europa zijn en wat hun kenmerken zijn.

Hoofdsteden

Laten we nu kijken naar de hoofdsteden van de verschillende landen.

Leg uit wat het belang is van het kennen van de hoofdsteden.

Oefening

Geef de leerlingen de opdracht om de hoofdsteden bij de juiste landen te zoeken.

Zorg voor genoeg oefenmateriaal zodat de leerlingen de hoofdsteden goed kunnen onthouden.

Grenzen

Naast de namen van de landen en hun hoofdsteden is het ook belangrijk om te weten waar ze liggen en wat hun grenzen zijn.

Leg uit waarom het belangrijk is om de grenzen te kennen.

Interactieve oefening

Sleep de namen van de landen naar de juiste plek op de kaart.

Laat de leerlingen de interactieve oefening individueel maken en loop rond om ze te helpen.

Quiz

Tijd voor een quiz! Wie weet het meest over de landen in Europa?

Maak een leuke quiz om te kijken hoeveel de leerlingen hebben geleerd.

Afsluiting

Bedankt voor jullie aandacht en inzet. Jullie kennen nu alle landen en hun namen in Europa!

Sluit de les af met een positieve noot en geef de leerlingen een compliment.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.