Taal: Betoog, Les 3

• Taal
• Basisschool
• Groep 6

Les 3

Lesdoel:

- Ik kan de kern van een betoog schrijven.

- Ik kan mijn mening beargumenteren. 

Deze les heb je nodig:

- je opstel- of verhaaltjesschrift

- potlood

Eens of oneens?

In een betoog geef je je mening. Deze mening moet je beargumenteren. Dit wil zeggen dat je argumenten (redenen) geeft waarom jij iets vindt. Die argumenten komen in de kern van je betoog.

Stelling

Je hebt in les 1 gekozen voor een stelling. Waarom ben je het eens met die stelling? Of waarom ben je het oneens? Geef in de volgende slide 2 argumenten. 

Geef 2 argumenten voor jouw mening over de stelling.

Kern

In de kern beargumenteer je jouw mening. Je maakt hier een lopende verhaaltje van. 

Wanneer je argumenten of je mening geeft, gebruik je signaalwoorden zoals:

omdat, daarom en want

Voorbeelden

'Ik ben het oneens met de stelling dat dieren in de dierentuin voldoende bewegingsruimte hebben, omdat de hokken veel kleiner zijn dan wanneer ze in het wild leven. Daarnaast vind ik het ook zielig, want zo kunnen heel veel bewegen. Iets wat ze wel gewend zijn.'

'Sporten is gezond. Het is goed voor je spieren en je blijft er fit door. Ik vind het daarom belangrijk dat op scholen weer gym gegeven moet worden. Door elke dag te gymmen kun je je ook beter concentreren want sporten en bewegen helpen daarbij.' 

Opdracht

Schrijf de kern van je betoog. Doe het zo:

Denk aan:

- Interpunctie

- Hoofdletters

- Spelling

- Het gebruik van signaalwoorden

Controleer je kern op de volgende slide.

Check?

Heb je: 

- 1 regel overgeslagen tussen de inleiding en de kern?

- 2 argumenten gegeven?

- je werkt gecheckt op spelling en interpunctie?

- signaalwoorden als omdat, daarom en want gebruikt?

Stuur een foto van de kern via de  mail naar je juf/meester of via de volgende slide.

Stuur hier een foto van de kern van je betoog.
Lukt dit niet? Dan graag via de e-mail.