Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Stoornissen
Stoornissen
1 / 25
suivant
Slide 1:
Diapositive
TP
HBO
Studiejaar 3
Cette leçon contient
25 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositive de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Stoornissen
Slide 1 - Diapositive
Hoe dachten de mensen vroeger dat psychische stoornissen ontstonden?
A
Door geesten en demonen
B
Door de omgeving
C
Door de goden
Slide 2 - Quiz
Wat is het medisch model?
A
Standpunt dat psychische stoornissen een interactie vormen tussen biologische, gedragsmatige, cognitieve, ontwikkelings- en sociaal-culturele vormen.
B
Standpunt dat psychische stoornissen ziekten zijn die, net als lichamelijke ziekten, een oorzaak en behandeling vereisen.
Slide 3 - Quiz
Dit is een voorbeeld van welk perspectief?
A
Cognitief perspectief
B
Behaviouristisch perspectief
C
Biologisch perspectief
D
Ontwikkelingsperspectief
Slide 4 - Quiz
Hallucineren is een zintuigelijke beleving die niet overeenkomt werkelijkheid en kan op een psychische stoornis wijzen. Waar of niet waar? met de
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Wat is het verschil tussen het medisch model en het empowermentmodel van herstel?
A
Er is geen verschil.
B
Bij het empowermentmodel kan de patiënt kan zelfzijn conditie sturen in de richting van genezing van zijn psychische stoornis.
C
Bij het empowermentmodel heeft de patiënt extra hulp nodig om zijn conditie te sturen in de richting van genezing van zijn psychische stoornis.
Slide 6 - Quiz
Wat is geen principe van het empowermentmodel van herstel?
A
Belang hechten aan vertrouwen
B
jezelf als kern van middelpunt zien
C
Beseffen dat ieder zijn eigen stem heeft
Slide 7 - Quiz
De psychische functies van de hersenen zijn afhankelijk van een zeer gevoelig evenwicht tussen chemische stoffen en neurale circuits. Waar/ Niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Op welke subtielere kenmerken letten klinisch psychologen die eveneens kunnen wijzen op psychische stoornissen?
A
onvoorspelbaarheid en zenuwachtigheid
B
Compulsief en dwangmatigheid
C
onaangepastheid en irrationaliteit
Slide 9 - Quiz
Wat is een Obsessief Compulsieve stoornis?
A
Psychotische stoornis die wordt gekenmerkt door verstoring van gedachten, percepties en/pf emoties.
B
Angststoornis die wordt gekenmerkt door een pathologische angst voor een specifiek object of een specifieke situatie
C
Stoornis die gepaard gaat met ernstige verstoringen in de perceptie, het rationele denken of het affect.
D
Aandoening die zich kenmerkt door patronen van aanhoudende ongewenste dwanggedachten en/of-gedragingen
Slide 10 - Quiz
Wat is Schizofrenie?
A
Angst voor openbare plaatsen en open ruimten: komt vaak voor bij patiënten met een paniekstoornis.
B
Psychische stoornis die wordt gekenmerkt door verstoring van gedachten en/of emoties.
C
Vorm van depressie waarvan men aanneemt dat ze wordt veroorzaakt door een gebrek aan zonlicht
D
Vorm van angst waarbij men bang is voor kleine ruimtes.
Slide 11 - Quiz
Waar of niet waar? Mannen worden vaker getroffen door Schizofrenie dan vrouwen
Slide 12 - Question ouverte
Wat is een mogelijke oorzaak van Schizofrenie?
A
Falende ouders
B
Een verdrongen trauma uit de jeugd
C
Als een van jouw ouders het ook heeft
D
Een fundamentele fout in de hersenen
Slide 13 - Quiz
Bij welk geslacht komen depressies vaker voor?
A
Mannen
B
Vrouwen
Slide 14 - Quiz
Wat is een gegeneraliseerde angststoornis?
A
Een verstoring die wordt gekenmerkt door paniekaanvallen die geen verband houden met gebeurtenissen die het individu op dat moment ervaart
B
Angst voor openbare plaatsen en open ruimten
C
Een psychologisch probleem dat wordt gekenmerkt door hardnekkige en algemene gevoelens van angst zonder externe oorzaak.
D
Angststoornis die wordt gekenmerkt door een pathologische angst voor een specifiek object of een specifieke situatie.
Slide 15 - Quiz
Waar ben je bang voor als je een arachnofobie hebt?
A
Irrationele angsten voor normale sociale situaties
B
Hoogtes
C
spinnen
D
Diepte (zee en/of oceaan)
Slide 16 - Quiz
Wat is de oorzaak van fobieën?
A
Angsten worden aangeleerd en mensen hebben een biologische aanleg
B
Er is geen oorzaak. Je kunt altijd op ieder moment een fobie ergens voor krijgen
Slide 17 - Quiz
Welke ontwikkelingsstoornissen ken je ?
Slide 18 - Question ouverte
Waar staat ADHD voor ?
Slide 19 - Question ouverte
60.000 tot 100.000 hebben de diagnose van ADHD
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Wat zijn de kenmerken van ADHD?
Slide 21 - Question ouverte
Waarom deelt de dsm (diagnostic and statistical manual) demeeste stoornissen niet op oorzaak in?
A
Een stoornis kan meerdere oorzaken hebben.
B
Een stoornis heeft altijd meer dan 1 oorzaak
C
Er zijn te veel stoornissen om dit te doen
D
Voor de meeste psychische stoornissen zijn nog geen oorzaken bekend.
Slide 22 - Quiz
Ervaren mannen en vrouwen dezelfde symptomen bij psychische stoornissen?
A
ja
B
nee
Slide 23 - Quiz
Wat is geen symptoom van ernstige depressie?
A
Onopzettelijke duidelijk gewichtsverlies of toename
B
Slaapklachten
C
Vermindering van het vermogen om te denken of te concentreren
D
Hyperactiviteit
Slide 24 - Quiz
Van de totale volwassen Nederlandse bevolking, hoeveel zijn er in hun leven geconfronteerd met een depressie?
A
1 op 7
B
1 op 10
C
1 op 3
D
1 op 12
Slide 25 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Psychische problemen
Novembre 2019
- Leçon avec
28 diapositives
Verzorgende
MBO
Studiejaar 1
Psychiatrie
Mars 2023
- Leçon avec
24 diapositives
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 2
LE 20 les 4
Mai 2022
- Leçon avec
27 diapositives
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 2
Spec doelgroepen: kind en ouderen
Juin 2024
- Leçon avec
27 diapositives
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
aandoeningen GGZ: Psychose en co
Février 2024
- Leçon avec
18 diapositives
Psychiatrie
MBO
Studiejaar 2
LE 17 les 2
Septembre 2023
- Leçon avec
25 diapositives
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 4
MOD 3 - Lj 1 - P1 - lw 7 pt1
Septembre 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Module 3
MBO
Studiejaar 1
Bipolaire Stoornis: Begrijpen en Behandelen
Mars 2023
- Leçon avec
13 diapositives