Klokkijken: hele en halve uren

Klokkijken: hele en halve uren
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Klokkijken: hele en halve uren

Slide 1 - Diapositive

Doelen:

Je kunt hele en halve uren lezen op een analoge klok.
Je kunt hele en halve uren lezen op een digitale klok.

Slide 2 - Diapositive

De klok

Slide 3 - Diapositive

Grote wijzer

Slide 4 - Diapositive

Kleine wijzer

Slide 5 - Diapositive

Analoge klok
Digitale klok

Slide 6 - Diapositive

de nacht
24 uur tot 6 uur

Slide 7 - Diapositive

de ochtend
6 uur tot 12 uur

Slide 8 - Diapositive

de middag
12 uur tot 18 uur

Slide 9 - Diapositive

de avond
18 uur tot 24 uur

Slide 10 - Diapositive

Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond

Slide 11 - Quiz

Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Hoe laat is het?

Slide 15 - Question ouverte

Hoe laat is het?

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond

Slide 19 - Quiz

Hoe laat is het?

Slide 20 - Question ouverte

Hoe laat is het?

Slide 21 - Question ouverte

Hoe laat is het?

Slide 22 - Question ouverte

Hoe laat is het?
A
Het is half twaalf.
B
Het is half twee.
C
Het is half een.
D
Het is 30 minuten na 12.

Slide 23 - Quiz

Hoe laat is het?
A
1400 uur
B
Het is twee uur.
C
Het is 14 uur.
D
Het is 1 en 4 uur.

Slide 24 - Quiz

Hoe laat is het?
A
Het is twaalf uur.
B
Het is geen uur.
C
Het is vier nullen uur
D
Het is nul uur.

Slide 25 - Quiz

Hoe laat is het?

Slide 26 - Question ouverte

Hoe laat is het? Sleep naar juiste klok.
vijf uur
twee uur
zes uur
negen uur

Slide 27 - Question de remorquage

Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond

Slide 28 - Quiz

Hoe laat is het?
A
Het is half zes.
B
Het is half zeventien.
C
Het is half vijf.
D
Het is 17 uur en 30 minuten.

Slide 29 - Quiz