Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 80 min
Éléments de cette leçon
Les 3
Slide 1 - Diapositive
vandaag
Weet je wat op de toets wordt gevraagd
weet je wat stralingsbalans, zeestromen en wind voor een effect op het klimaat hebben..
Mag je opdrachten afronden voor PO en Bonuspunt...
Slide 2 - Diapositive
Wolken spelen een rol in de stralingsbalans van de aarde
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quiz
Hoe zou de stralingsbalans van de aarde veranderen als er geen wolken zouden zijn?
A
De stralingsbalans wordt positief dus de temperatuur neemt toe
B
De stralingsbalans wordt negatief dus de temperatuur neemt af
C
Dit kun je niet halen uit de afbeelding
Slide 4 - Quiz
Hoe-hoe regel Zeestromen Hoe warmer de zeestroom, hoe
A
warmer de lucht
B
kouder de lucht
C
droger de lucht
D
vochtiger de lucht
Slide 5 - Quiz
Wat is een zeestroom?
A
Windstroming vanaf land.
B
Stroming van zeewater die ontstaat doordat wind lang uit 1 richting waait.
C
Stroming van wind boven een bepaald land.
D
Stroming van rivierwater in een bepaald gebied bij de evenaar.
Slide 6 - Quiz
Wat doen zeestromen?
A
Voeren koude lucht aan
B
Transporteren warme lucht
C
Voeren koud en warm water aan
D
Transporteren koud water
Slide 7 - Quiz
Twee beweringen: 1. Een koude zeestroom is wat temperatuur betreft altijd kouder dan een warme zeestroom 2. Bij een koude zeestroom voor de kust is de kans op neerslag kleiner dan bij een warme zeestroom
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist
Slide 8 - Quiz
Bij hoge druk
A
is het onbewolkt en warm
B
is het onbewolkt
C
is het bewolkt
D
is het bewolkt en koud
Slide 9 - Quiz
Bij lage druk
A
is het onbewolkt en zonnig
B
is het bewolkt en valt er neerslag
C
is het koud
D
is het warm
Slide 10 - Quiz
Wat is de ITCZ?
A
Zone van hoge luchtdruk rond de polen
B
Zone van lage luchtdruk rond de polen
C
Zone van hoge luchtdruk rond de evenaar
D
Zone van lage luchtdruk rond de evenaar.
Slide 11 - Quiz
De ITCZ is een... Bij de ITCZ... de lucht
A
Lagedrukgebied... daalt
B
Hogedrukgebied.. daalt
C
Lagedrukgebied.. stijgt
D
Hogedrukgebied.. stijgt
Slide 12 - Quiz
Het corioliseffect is ......
A
ITCZ
B
afwijking wind door de draaiing van de aarde
C
de thermohaliene circulatie
D
de atmosferische circulatie
Slide 13 - Quiz
Met welke letter geeft het Köppen systeem het tropisch klimaat weer?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 14 - Quiz
Welke letter wordt NIET gebruikt in het Köppen systeem?
A
A
B
K
C
B
D
E
Slide 15 - Quiz
welk klimaat is dit volgens het köppen systeem
A
Df
B
Cf
C
Af
D
Dw
Slide 16 - Quiz
Welk klimaat is dit volgens het Köppen systeem?
A
Df
B
Cf
C
Af
D
Dw
Slide 17 - Quiz
Welk klimaat hoort bij de letter E in het Köppen systeem?