Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
mannelijk vrouwelijk
enkelvoud - e
meervoud -s -es
MAAR: (1) als er al een e staat op het eind, komt er GEEN extra e achter: un jeune garçon - une jeune fille
MAAR: (2) als er al een s staat op het eind, komt er GEEN extra e achter: un éléphant gris - deux éléphants gris