ontwikkeling Nederlandse taal

Begrippen controleren!
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
Faqta & taalBasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Begrippen controleren!

Slide 1 - Diapositive

Democratisch

Slide 2 - Question ouverte

De godsdienstvrijheid

Slide 3 - Question ouverte

Vrijheid van meningsuiting

Slide 4 - Question ouverte

De levensovertuiging

Slide 5 - Question ouverte

Wat staat hier?
Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu. Wat unbidan we nu?

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

timer
1:00
Welke talen zijn er
allemaal in Nederland?

Slide 8 - Carte mentale

Doelen
Aan het einde van de les:
1. weten jullie vertellen wat 'Hebban olla vogala' is en wie het geschreven heeft.
2. dat monniken vroeger boeken/teksten vertaalden.
3. weten jullie hoe de Nederlandse taal is ontstaan.
4. weten jullie welke twee officiële talen Nederland heeft

Slide 9 - Diapositive

Terug naar de middeleeuwen
Nederlands, Duits, Fries, Engels, Scandinavische talen én het inmiddels uitgestorven Gotisch --> Germaans
Germaans onderdeel van grote taalgroep --> Indo-Europees
Germanen -->Stammen/groepen West- en Noor Europa
Indo-Europees --> Groep met meer dan 400 vergelijkbare talen.

Slide 10 - Diapositive

Hebben jullie in het buitenland wel eens woorden gehoord die je dacht te herkennen?
Ja
Nee

Slide 11 - Sondage

Sleep (ENG), Slapen(NL), Schlafen (DE)
Betekenen allemaal 'slapen'.
Schrijf je anders door de ontwikkelingen van de talen.

Slide 12 - Diapositive

Wie zijn de Germanen?
Verzamel naam voor veel volken en stammen.
Leven in kleinere groepen en van de landbouw.
Romeinen probeerde het vroeger te veroveren, lukte niet helemaal.
<-- Grens (Rijn)

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Hebban olla vogala
Niet zeker wie het geschreven heeft.
Rond 1075
Monnik

Slide 15 - Diapositive

Schrijven en lezen
Gebeurde niet zoveel
Lezen was moeilijk --> Latijns!
(Ik weet ook niet wat hier staat)
Monniken vertaalden
Ganzenveren en inkt

Slide 16 - Diapositive

1200-1500
Middelnederlands = verzamelnaar alle dialecten
Geen standaard Nederlands/taal
Veel dialecten:
1. Vlaams (West- en Oost Vlaanderen)
2. Brabants (Noord-Brabant, Vlaams-Brabant en Antwerpen)
3. Hollands (Noord- en Zuidholland + stukje Utrecht)                                                            
4. Limburgs (Limburg, zelfde deel als nu)
5. Overige dialecten (Gelderland, Overijssel, Drenthe en delen van Groningen.)


Slide 17 - Diapositive

Schrijf op!
Het dialect = de streektaal.
het Standaardnederlands = Het officiële woord voor de Nederlandse taal.

Slide 18 - Diapositive

En verder?
In 17e eeuw nog geen standaardtaal.
Nog wel aantal dialecten
1. Zuidelijk (Vlaams en Brabants)
2. Oostelijk (Betuws, Twents, Sallands en Drents)
3. Noordelijk (Gronings en Fries)
4.Hollands (Nood- en Zuid-Holland en Utrecht)

Slide 19 - Diapositive

1810-1813
Nederland een Franse Provincie (Napoleon)
In de Zuiderlijke Nederlanden (België) Frans hoofdtaal.
In 1813 Nederland onafhankelijk van Frankrijk.
Geleerde ontwikkelden het Nederlands verder.

In 1762 begonnen met woordendoek waarin het Nederlands centraal staat. Tot 1794 kwam men tot de ‘h’. Daarna kwam het werk stil te liggen. Men trok in 1816 de conclusie dat het onbegonnen werk was. 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Nu
Allemaal ABN
Wereldtalen: talen die wereldwijd gesproken worden
Engels, Frans, Spaans, Chinees, Russisch en Arabisch 
Schrijf op: Wereldwijd = Over de hele wereld
Nederlandse talen:
1. Nederlands (ABN), 2. Fries

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Zoek de betekenissen op!
1. ' As hy syn holle op it kessen leit, slept syn kont al' ...
2. ' Mem en heit' ...
3. ' Pake en beppe' ...
4. ' Tútsje' ...
5. ' De poes van de buurvrouw is uitgenaaid' ...
6. ' Dêr bin ik hikke en tein'
7. ' Dêr haw ik gjin ferlet fan'

Slide 24 - Diapositive

Wat is 'Hebban olla vogala' en wie heeft het geschreven?

Slide 25 - Question ouverte

Wie schreven en vertaalden vroeger boeken/teksten?

Slide 26 - Question ouverte

Welke officiële talen heeft Nederland?

Slide 27 - Question ouverte