Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Slide 1 - Diapositive
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Leerdoelen van deze les:
Je weet welke spaarmotieven er zijn
Je weet wat voor verschillen er in spaarrekeningen zijn
Je kunt rente berekenen met enkelvoudige rente
Slide 2 - Diapositive
Redenen om te sparen
Sparen voor een doel
Sparen uit voorzorg
Sparen voor rente
Slide 3 - Diapositive
Sparen
Het niet uitgeven van je geld
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Slide 4 - Diapositive
1. Variabele rente:
De bank kan het rentepercentage veranderen -> gewone spaarrekening Haal je geld van je spaarrekening af, dan krijg je minder rente.
Soorten rente
Slide 5 - Diapositive
2. Vaste rente:
Het rentepercentage blijft gedurende de hele periode hetzelfde
-> Spaardeposito Je zet het geld voor een afgesproken tijd op een rekening (je kunt het er niet zo maar vanaf halen!) Wil je het er wel van af halen? -> Boete.
Soorten rente
Slide 6 - Diapositive
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Slide 7 - Diapositive
Enkelvoudige rente
-> je krijgt rente aan het einde van het jaar uitbetaald
-> je spaarbedrag blijft dus gelijk!!
-> meestal een spaardeposito
Enkelvoudige rente = spaarbedrag : 100 x rentepercentage x jaren
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Slide 8 - Diapositive
Voorbeeld
Slide 9 - Diapositive
Aan de slag
Wat? Maken opgave 7 (blz 76)
Hoe? Individueel
Hulp? 3.2 nogmaals lezen -> toch lastig? Hulp vragen aan de docent
Klaar: Doorgaan met opdracht 1 t/m 6 (BLZ 74-76)
Tijd? 7 minuten
Resultaat: Je weet hoe je enkelvoudige rente moet berekenen.
timer
7:00
Slide 10 - Diapositive
Blz 76 opgave 7
Slide 11 - Diapositive
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Leerdoelen van deze les:
Je kunt uitleggen wat het gevolg van inflatie is voor de koopkracht van je spaargeld
Je kunt rente berekenen met samengestelde rente
Slide 12 - Diapositive
Samengestelde rente
-> de rente wordt bijgeschreven op je rekening
-> het jaar erna krijg je rente over je spaarbedrag en over de ontvangen rente ('rente op rente')
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Slide 13 - Diapositive
Spaargeld € 1.000
Rente 2%
Periode: 3 jaar
3.2 Waarvoor zou je sparen?
Slide 14 - Diapositive
3.2 Wat levert sparen op?
Samengestelde rente =
rentepercentage/100 x (spaarbedrag + bijgeschreven rente)
of
(1 + rentepercentage/100)^jaren x spaarbedrag
Slide 15 - Diapositive
Je hebt €2.500 op je spaarrekening. Je krijgt 1,4% rente (ga uit van samengestelde rente).
Hoeveel heb je na een jaar op je rekening staan
Hoeveel heb je na twee jaar op je rekening staan
3.2 Wat levert sparen op? (deel 2)
0,014 x (2.500) = 35
2.500 + 35 = €2.535
1
0,014 x (2.535) = 35,49
2.535 + 35,49 = €2.570,79
2
Samengestelde rente =
rentepercentage/100 x (spaarbedrag + bijgeschreven rente)
of
(1 + rentepercentage/100)^jaren x spaarbedrag
Slide 16 - Diapositive
Aan de slag
Wat? Maken opgave 9 (blz 76)
Hoe? Individueel
Hulp? 3.2 nogmaals lezen -> toch lastig? Hulp vragen aan de docent
Klaar: Doorgaan met opdracht 1 t/m 8 (BLZ 74-76)
Tijd? 7 minuten
Resultaat: Je weet hoe je samengestelde rente moet berekenen