Aanpassingen bij planten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Thema 6 Ecologie

Basisstof 6 Aanpassingen bij planten

Boek 3B blz. 106-109

Als je gestroomlijnd bent, kun je...

1. sneller zwemmen
2. minder snel zwemmen
3. slecht zwemmen
4. extra diep zwemmen

Om warmte binnen te houden hebben dieren op de noordpool...

1. grote oren
2. kleine oren
3. geen oren

Met welk snaveltype kan een vogel goed zaden kraken?

1. haaksnavel
2. priemsnavel
3. kegelsnavel
4. zeefsnavel

Als een groter oppervlak van een poot de grond raakt, kan een dier...

1. sneller lopen
2. minder snel lopen
3. helemaal niet lopen

Een steltloper zoekt zijn voedsel vooral...

1. op de grond
2. aan takken van bomen en struiken
3. in ondiep water
4. in diep water

Thema 6 Ecologie

Basisstof 6 Aanpassingen bij planten (boek 3B blz. 106-109)

Leerdoelen:

Je leert hoe planten aangepast zijn aan hun omgeving.

Huidmondjes zijn belangrijk bij de fotosynthese:

• ze ademen overdag koolstofdioxide in
• ze ademen overdag zuurstof en waterdamp uit

Huidmondjes zijn belangrijk bij de fotosynthese:

• ze ademen overdag koolstofdioxide in
• ze ademen overdag zuurstof en waterdamp uit

Bij verlies van teveel water, droogt een plant uit!

Huidmondjes zitten aan de onderkant...

...behalve bij waterplanten!

Waarvoor dienen huidmondjes?

1. om water kwijt te raken
2. om adem te halen
3. om water vast te houden

Heeft een cactus huidmondjes?

1. ja
2. nee

Heeft een waterlelie huidmondjes?

1. ja
2. nee

Wat weet je van het bladoppervlak van planten in een donker bos?

1. dat is groot
2. dat is klein
3. dat valt niet te zeggen

Is klimop op de bosbodem een schaduwplant of een lichtplant?

1. schaduwplant
2. lichtplant

Waarom klimt klimop in een donker bos uiteindelijk omhoog?

1. om meer zuurstof te krijgen
2. om meer koolstofdioxide te krijgen
3. om meer water te krijgen
4. om meer licht te krijgen

Aan de slag!

Maak de opdrachten 1 t/m +8

(blz. 110-112 in je leerwerkboek)

Kijk alle opdrachten na!