4.1 Hoe produceren we?

4.1 Hoe produceren we?
H1 Economie is meer dan geld
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.1 Hoe produceren we?
H1 Economie is meer dan geld

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 4.1
  • Je kunt uitleggen wat produceren is en wat productiefasen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat een bedrijfskolom is en hoe bedrijven waarde toevoegen.
  • Je kunt uitleggen wat productiefactoren zijn en de drie productiefactoren noemen.
  • Je kunt de kostprijs per product berekenen.

Slide 2 - Diapositive

Produceren
  • Goederen worden door bedrijven geproduceerd.
  • Produceren is het maken van goederen en het leveren van diensten.
  • Dit gebeurt in productiefasen.
  • De eerste fase is de productie van grondstoffen uit de natuur.
  • In een volgende productiefase wordt deze grondstof bewerkt tot een eind product.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Bedrijfskolom
  • Alle bedrijven die meewerken aan een product, vind je terug in de bedrijfskolom
  • Bovenaan staat het bedrijf dat de grondstof uit de natuur haalt.
  • De volgende bedrijven maken daar iets van.
  • Het laatste bedrijf verkoopt het eindproduct aan de consument.
  • Door elke bewerking wordt het product telkens een beetje meer waard. Dat noem je de toegevoegde waarde.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Productiefactoren
Alles wat je nodig hebt om te kunnen produceren, noem je productiefactoren. Deze kun je in drie groepen verdelen:
  • Natuur: alles wat de natuur levert
  • Arbeid: al het werk dat mensen doen
  • Kapitaal: geld waarmee je hulpmiddelen koopt, dit zijn kapitaalgoederen
Het kopen van nieuwe kapitaalgoederen heet investeren.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Productiekosten
Een bedrijf koopt grondstoffen om te kunnen produceren.
Daarnaast heeft een bedrijf ook andere kosten zoals:
  • kosten voor het bedrijfspand
  • Energie
  • Personeel 
Alles kosten die je maakt bij het produceren, noem je productiekosten.

Slide 10 - Diapositive

Kostprijs per product
De totale productie kosten zeggen nog niet zoveel.
Je kijk vooral naar de kostprijs per product.
Dat zijn de kosten die je gemiddeld hebt voor het maken van één product. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Begrippen paragraaf 4.1
  • Bedrijfskolom
  • Kostprijs per product
  • Produceren
  • Productiefactoren
  • Productiefasen
  • Toegevoegde waarde 

Slide 15 - Diapositive

Je kunt nu
  • Je kunt uitleggen wat produceren is en wat productiefasen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat een bedrijfskolom is en hoe bedrijven waarde toevoegen.
  • Je kunt uitleggen wat productiefactoren zijn en de drie productiefactoren noemen.
  • Je kunt de kostprijs per product berekenen.

Slide 16 - Diapositive

Aan het werk!

Maken opdrachten 4.1: 1(k), 2, 4(k), 6, 8(k), 9, 10, 11(k), 12, 13(k) en 14
Klaar?
Laten controleren bij de docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  
Laten aftekenen bij de docent, bij goedkeuring:
  • Bezig met een ander vak
  • Lezen


 

timer
25:00

Slide 17 - Diapositive