toets Assisteren in de gezondheidszorg

Wat is een kenmerk van de ziekte van Alzheimer?
A
Pijnlijke gewrichten
B
Ademhalingsproblemen
C
Stemmingswisselingen
D
Botontkalking
1 / 41
suivant
Slide 1: Quiz
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat is een kenmerk van de ziekte van Alzheimer?
A
Pijnlijke gewrichten
B
Ademhalingsproblemen
C
Stemmingswisselingen
D
Botontkalking

Slide 1 - Quiz

Wat doe je bij een open blaar? Geef antwoord in 4 aanwijzingen.

Slide 2 - Question ouverte

Wat is een protocol?
A
Een protocol geeft regels en richtlijnen waaraan je je moet houden tijdens je werk.
B
een ander woord voor ergonomisch werken
C
dossier waarin belangrijke gegevens van cliënt staan
D
geen van allen

Slide 3 - Quiz

2

Slide 4 - Vidéo

00:07
hoe zorg je er voor de klant
zich meteen welkom voelt?

Slide 5 - Carte mentale

00:16
Wat is het eerste aanspreekpunt van een bedrijf

Slide 6 - Question ouverte

Voor hoeveel kinderziektes wordt een kind ingeënt
A
16
B
17
C
12
D
10

Slide 7 - Quiz

Bij welke kinderziekte krijgt het kind jeuk?
meerdere antwoorden mogelijk
A
waterpokken
B
krentenbaard
C
roodvonk
D
vijfde ziekte

Slide 8 - Quiz

zesde ziekte
roodvonk 
Krentenbaard 
Waterpokken 

Slide 9 - Question de remorquage

Noem 3 kinderziekten.

Slide 10 - Question ouverte

Benoem 3 dingen die je als assistent kan meten

Slide 11 - Question ouverte

Wat is ontstoken wanneer je last hebt van gingivitis?
A
Oog
B
Haarzakje
C
Tandvlees
D
Nagelriem

Slide 12 - Quiz

Hoe noem je de tweede fase van een tandvleesontsteking
A
paradonitis
B
gingivitis
C
caraditonis
D
2e fase tandvleesontsteking

Slide 13 - Quiz

Het is belangrijk als patiënt dat jij weet wat de zorgverleners doen, jij verwijst de patiënt tenslotte door. 

Bij de volgende vragen krijg je een uitspraak te zien van een patiënt, jij beslist naar welke zorgverlener deze patiënt doorverwezen wordt. 

Slide 14 - Diapositive

Ik heb last van mijn kies naar welke zorgverlener moet ik gaan?
A
Huisarts
B
Tandarts
C
diëtist
D
verpleegkundige

Slide 15 - Quiz

ik krijg een katheter, wie kan deze bij mij plaatsen
A
Huisarts
B
verpleegkundige
C
verloskundige
D
diëtist

Slide 16 - Quiz

Ik denk 's nachts veel na over problemen, met wie kan ik daarover praten?
A
Psycholoog
B
Logopedist
C
Huisarts
D
diëtist

Slide 17 - Quiz

Ik heb last van mijn spieren in mijn knie, wie kan mij helpen
A
Verloskundige
B
Psycholoog
C
fysiotherapeut
D
Verpleegkundige

Slide 18 - Quiz

Mijn kind van 4 jaar oud kan nog niet praten, naar welke zorgverlener kan ik gaan?
A
Huisarts
B
Verpleegkundige
C
Logopedist
D
Tandarts

Slide 19 - Quiz

Ik heb diabetes, welke zorgverlener kan mij helpen
A
Huisarts
B
Psycholoog
C
Verloskundige
D
Diëtist

Slide 20 - Quiz

Ik ben 20 weken zwanger, welke zorgverlener begeleidt mij?
A
Verloskundige
B
Huisarts
C
Verpleegkundige
D
Psycholoog

Slide 21 - Quiz

Noem 2 symptomen van de ziekte van Pfeiffer.

Slide 22 - Question ouverte

Bij welke kinderziekte krijgt het kind jeuk?
meerdere antwoorden mogelijk
A
waterpokken
B
krentenbaard
C
roodvonk
D
vijfde ziekte

Slide 23 - Quiz

Voor welke ziekte worden de kinderen ingeënt?
A
de bof
B
de mazelen
C
de griep
D
roodvonk

Slide 24 - Quiz

Welke kinderziekte kan ontstaan door zowel een bacterie als een virus?
A
hersenvliesontsteking
B
Krentenbaard
C
Roodvonk
D
Kinkhoest

Slide 25 - Quiz

waardoor wordt krentenbaard veroorzaakt?
A
virus
B
bacterie
C
schimmel
D
pigmentafwijking

Slide 26 - Quiz

Als de korsten bij krentenbaard zijn ingedroogd, is het niet meer besmettelijk
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 27 - Quiz

Hoe word Rodehond ook wel genoemd?
A
Corona
B
Influenza
C
Rubella
D
Cruella

Slide 28 - Quiz

Kroon
Wortel
Glazuur
Tandvlees
Cement

Slide 29 - Question de remorquage

Waaraan herken je tandvleesontsteking
A
licht roze tandvlees
B
stipjes op het tandvlees
C
bloeding bij poetsen
D
tandvlees ligt strak om tanden/ kiezen

Slide 30 - Quiz

Tot welke fase van tandvleesontsteking behoort parodontitis?
A
Fase 1
B
Fase 2
C
Fase 3
D
Fase 4

Slide 31 - Quiz

Hoe noem je onderdeel 6?
A
Glazuur
B
Kroon
C
Tandbeen
D
Wortel

Slide 32 - Quiz

Tandbederf ontstaat door:
A
suikers die je glazuur aantasten
B
bacterien die je glazuur aantasten
C
zuren die je glazuur aantasten
D
mineralen die je glazuur aantasten

Slide 33 - Quiz

cariës is....
A
een gaatje in het tandglazuur
B
het ontbreken van verstandskiezen
C
een scheefstaand gebit
D
tandsteen

Slide 34 - Quiz

Wat is een medicijnpaspoort?

Slide 35 - Question ouverte

noem een vijf
verschillende soorten
vrij verkrijgbare medicijnen

Slide 36 - Carte mentale

Wat betekent steriel?
A
Je mag het niet aanraken
B
Het is een grote open wond
C
Geen bacteriën
D
Je moet voorzichtig zijn

Slide 37 - Quiz

Wat doe je bij een grote open wond?
A
Dek de wond meteen af, zonder met water te spoelen
B
Laat de wond lekker wapperen
C
Zet de hoge drukspuit erop

Slide 38 - Quiz

Passen deze handelingen bij een snijwond of een schaafwond?
SNIJWOND
SCHAAFWOND
Bij veel bloedverlies bel je 112
Je verwijdert kleine steentjes met een pincet
Dek de wond af alleen als dit nodig is
Je dekt de wond af met steriel verbandmateriaal

Slide 39 - Question de remorquage

Noem minimaal 2 symptomen van de waterpokken

Slide 40 - Question ouverte

Noem minimaal 2 symptomen van krentenbaard

Slide 41 - Question ouverte