Het huishoud boekje

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Omgaan met geld

Stellingen: Omgaan met geld

1. Mensen moeten leren omgaan met geld?

2. Kun jij goed omgaan met geld? 

3. Ik spaar elke maand!

 

Loonstrook

- Gegevens van werkgever

- Gegevens van werknemer

- Gewerkte uren

- Brutoloon

- Nettoloon

- Loonheffing

- Reservering vakantietoeslag

- Minimumloon

Inkomsten:

salaris

uitkering

studiefinanciering

kinderbijslag

belastingteruggave

enz

Verschillende soorten uitgaven:

1. Incidentele uitgaven

2. Vaste uitgaven

3. Dagelijkse/wekelijkse uitgaven

Waar geef jij je geld aan uit?

Ik weet precies hoeveel geld ik maandelijks verdien?

JA

Nee

Ongeveer, want...

Ik weet precies wat ik per maand uitgeef?

Ja

Nee

Ongeveer, want..

Opdracht: Kijk en vergelijk

Aan jullie nu de opdracht om een huishoud boekje te maken voor de maand oktober (in Excel). Verdeel dit huishoudboekje in categorieën (bijvoorbeeld, eten, uitgaan, huur, auto etc.)

Analyseer je huishoud boekje en vergelijk dit met de uitgaven in boodschappen en andere secondaire behoeften van je ouders/verzorgers. schrijf een korte reflectie waarin je kijkt hoe jullie uitgaven verschillen. Hoe komt dit denk je? Hebben zij bespaartips voor je? Zo ja, welke?