Week 41 Lesson 3 H2B

Planning voor vandaag 
  • voeg jezelf toe aan de klas: H2B
  • cognaten, valse vrienden & taalfamilies: wat zijn het? 
  • opdrachtjes 17 en 18 samen nakijken 
  •  opdrachtjes 1-3-4 nakijken + 10 & 11 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Planning voor vandaag 
  • voeg jezelf toe aan de klas: H2B
  • cognaten, valse vrienden & taalfamilies: wat zijn het? 
  • opdrachtjes 17 en 18 samen nakijken 
  •  opdrachtjes 1-3-4 nakijken + 10 & 11 

Slide 1 - Diapositive

cognaten en valse vrienden 
- valse vrienden, false friends, falsche Freunden, faux amies zijn woorden die op elkaar lijken, maar niet hetzelfde betekenen
Voorbeelden:  conditie - condition, coule
- Cognaten zijn woorden die op elkaar lijken en ook hetzelfde betekenen: couleur - color, adventure - avontuur - aventure
bread - brood - Brot,  tea - thee - Tee

Slide 2 - Diapositive

Take your French book out of your bag. Can you find words that look similar to English words?

Slide 3 - Carte mentale

Look at the text on p.93 can you find cognates (= woordjes die op elkaar lijken en hetzelfde betekenen)?

Slide 4 - Carte mentale

Let's discuss ex. 17 & 18
- Let's read the text together 
- Then we will discuss the two exercises 

Slide 5 - Diapositive

Waarom denk je dat sommige woorden in verschillende talen op elkaar lijken?

Slide 6 - Question ouverte

Taalfamilies 
Als talen een gemeenschappelijke voorouder hebben dan zijn ze lid van
dezelfde ‘taalfamilie’. In Europa behoren bijna alle talen tot
de Indo-Europese taalfamilie die kan worden ingedeeld in vier grote subfamilies: de Germaanse talen (o.a. Nederlands, Duits, Engels), Romaanse talen (o.a. Frans, Spaans, Latijn), Slavische talen (o.a. Russisch, Pools, Kroatisch) en Indo-Iraanse talen (o.a. Sanskriet, Perzisch,
Urdu). Daarnaast komen in Europa ook de Turkse taalfamilie (o.a. Turks) en de Finoegrische taalfamilie (o.a. Fins, Hongaars, Ests). 

Slide 7 - Diapositive

Waarom is dit nou nuttig?
Kennis over cognaten en over valse vrienden kunnen je goed helpen bij het leren van woordjes voor alle taalvakken.  Als je weet dat talen aan elkaar gelinkt zijn, kun je gemakkelijker verbanden leggen. Zo snap je opeens de betekenis van een woord dat je nog niet kent in het Engels omdat er een woord is dat je bij Duits al wel geleerd hebt dat erop lijkt.  Zo kun je tea linken aan Tee (Duits) of thee (Nederlands). 

Slide 8 - Diapositive

Welke talen spreken jullie eigenlijk?

Slide 9 - Carte mentale

Let's take a look at 1-3-4-10-11

Slide 10 - Diapositive

dilemmarama 
What do you think this game is about? 
Are we going to speak, listen, read or write? 

Slide 11 - Diapositive

What we're going to do:
In the next couple of slides you will see some very strange dilemmas which we will be discussing.

At the end, pick your favourite dilemma 

Slide 12 - Diapositive


A
first one
B
second one

Slide 13 - Quiz

which one would you choose and why?

Slide 14 - Question ouverte

which one would you choose?
Why?

Slide 15 - Carte mentale

Which one? Why?

Slide 16 - Carte mentale

Okay.. last one!

Slide 17 - Diapositive


Slide 18 - Question ouverte