Welk compliment wil je geven aan iemand in deze klas?
1 / 41
suivant
Slide 1: Carte mentale
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Welk compliment wil je geven aan iemand in deze klas?
Slide 1 - Carte mentale
https:
Slide 2 - Lien
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen welke rol de Noormannen speelden in Europa in de vroege middeleeuwen .
Slide 3 - Diapositive
Wat weet je van de Noormannen?
Slide 4 - Carte mentale
6.4
Noordelijk bezoek.
Slide 5 - Diapositive
'Vik' betekent zoiets als fjord.
De vikingen in Noorwegen woonden bij fjorden.
Slide 6 - Diapositive
Vikingen
De Vikingen waren een Germaans volk, net als de Friezen.
De Vikingen waren echter niet " bekeerd" tot het Christendom, maar geloofden in de Germaanse goden.
Slide 7 - Diapositive
Hoe zag een viking eruit? Sleep het plaatje naar het juiste vak,
Verzonnen / niet waar
Feit / waar
Slide 8 - Question de remorquage
Stripboeken
De serie Vikings
Slide 9 - Diapositive
Dit is GEEN viking helm
Ze dronken NIET uit de schedels van hun vijanden
Slide 10 - Diapositive
Dit is een vikinghelm
Slide 11 - Diapositive
Vikingen hielden van lange baarden.
Deze verzorgden ze goed.
Soms versierden ze de baarden en hadden ze er vlechten in.
Slide 12 - Diapositive
Vikingen/Noormannen
Kenmerken:
Denemarken, Zweden, Noorwegen
Kleine dorpjes.
Goede boten.
Voedseltekort in Scandinavië.
Handel en oorlog.
Walhalla.
Slide 13 - Diapositive
Noormannen
Rond het jaar 900 vertrekken de Noormannen (of Vikingen) vanuit Scandinavie.
De Vikingen hebben erg goede schepen.
Ze gebruikten hun schepen om handel te drijven, maar ook om op rooftocht te gaan.
De Vikingen geloofden dat ze in het Walhalla (de Vikinghemel) kwamen als zij dapper vochten. Sterven in de strijd was de hoogte mogelijke eer. Valt het je ook op dat de Vikingen op de afbeelding helmen zonder hoorns dragen... Dat komt omdat de hoorns er later bij bedacht zijn, in het echt hadden ze dat helemaal niet!
Slide 14 - Diapositive
De schepen van de Noormannen
Slide 15 - Diapositive
Voordelen
Ondiepe ligging 1 meter diepte
Zeer stabiel
Ruim
strandlanding
Slide 16 - Diapositive
Karvi 15 meter 13 roeiplaatsen
Snekkja 17 meter 16 roeiplaatsen
Slide 17 - Diapositive
Skeid 30 meter
Drakkar 30 roeiplaatsen
Slide 18 - Diapositive
Leif Eriksson
Leif Eriksson was een IJslandse ontdekkingsreiziger die wordt beschouwd als de eerste Europeaan die, bijna 500 jaar eerder dan Christoffel Columbus, voet zette op Noord-Amerikaanse grond en noemde het Vinland.
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Onrust
Na overlijden Karel de Grote wordt zijn rijk in drie delen gesplitst (843):
Oosten: kleinzoon Lodewijk de Duitser
Westen: kleinzoon Karel de Kale
Midden: kleinzoon keizer Lotharius
Door oorlogen verzwakte de macht van de keizer in de Nederlanden
Daarnaast: plunderingen door vikingen
843: vikingen plunderen Dorestad, vlakbij Utrecht
Slide 24 - Diapositive
Karel de Grote komt in conflict met de Noormannen:
1. zijn vijanden, de Saksen, waren vrienden van de Noormannen.
2. De Noormannen wilden de rijkdommen uit zijn gebied veroveren.
3. De Noormannen wilden zich niet bekeren tot het Christendom.
Slide 25 - Diapositive
Plunderen
Elke zomer
Door heel Europa
Weinig weerstand
Veel schatten
Slide 26 - Diapositive
Winterkamp
Makkelijker
Langer plunderen
Regio onder controle
Slide 27 - Diapositive
Vanaf de 11e eeuw minder plunderingen, want:
de Noormannen vermengden zich met de plaatselijke bevolking.
de Noormannen bekeerden zich tot het Christendom.
de Noormannen sloten verdragen met de vorsten in Europa
(Normandië in leen)
Slide 28 - Diapositive
Germaanse/Noorse Mythologie
De mensen in noord Europa geloofden in goden met de namen Wodan/Odin en Donar/Thor en nog vele andere.
Wij vieren nu kerst en andere feesten op de momenten dat deze mensen hun religieuze feesten vierden.
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Vidéo
Waarom gingen vooral de jongere broers bij de Noormannen op reis?
Slide 33 - Question ouverte
De Vikingen kwamen van IJsland.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 34 - Quiz
Waarom was het voor de Vikingen makkelijk om kloosters te veroveren?
Slide 35 - Question ouverte
Geef twee redenen waarom de verteller niet meer ging veroveren.
Slide 36 - Question ouverte
Tijd voor geschiedenis
Lees 6.4 Noordelijk bezoek
en maak
vraag 1 t/m 4.
Slide 37 - Diapositive
vaardigheid: Betrouwbaarheid van bronnen.
Slide 38 - Diapositive
Bron betrouwbaar?
veel bronnen vergelijken.
reden van de schrijver van de bron:
over welke gebeurtenis of persoon gaat de bron?
was de schrijver erbij?
heeft de schrijver een reden om goed of slecht over de gebeurtenis/bron te schrijven?