OG_Les6_Creatief denken

• Ondernemend gedrag
• MBO
• Studiejaar 1

Wat gaan we doen?

• Terugblik
• Leerdoelen
• Tegelwijsheid
• Creatief denken
• Groepsopdracht
• Afsluiting

Terugblik

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Leerdoelen:

Ik weet wat creatief denken is.

Ik kan creatief denken toepassen d.m.v. een aantal oefeningen.

Welke tegelwijsheid past het best bij jou vandaag?

"Ik ben een creatieve denker"

JA, absoluut!

NEE, helemaal niet!

Anders...

Laat alle studenten proberen de tekst te lezen.

Leg uit dat je soms denkt dat iets onmogelijk is, maar dat wanneer je het probeert het toch makkelijker blijkt dan het is. Dit komt omdat jij jezelf uitdaagt om op een andere manier te denken of te handelen. Je hersenen zoeken naar een oplossing. Dit hoort bij creatief denken!

Wat zie jij?

Konijn of vogel?

Laat studenten hun best doen om beide dieren in de afbeelding te kunnen zien. Zo trainen ze hun hersenen om iets 'van een andere kant' te bekijken en om denkpatronen te doorbreken. 

Wat zie jij?

Leg uit dat er meer mogelijkheden zijn als je langer blijft kijken. Een vrouw die wegkijkt, maar ook een oude vrouw met een doek op haar hoofd.

Denkpatronen en gewoonten

Creatief denken gaat over het doorbreken van denkpatronen. Dat is lastig, want dat gaat tegen je natuur in.

Creatief denken is belangrijk om nieuwe ideeën en oplossingen voor problemen te bedenken.

Waarom heb je creatief denken nodig om je te ontwikkelen in je werk en daarbuiten?

Wat heeft deze afbeelding te maken met (een gebrek aan) creatief denken?

In het proefwerk van Hope stond de vraag: “Hoe heten deze vierhoeken?”

Hope is een creatieve denker. 
Eens of oneens?

Groepsopdracht

1. Maak groepjes van 3 of 4
2. Schrijf op het blad zoveel mogelijk verschillende dingen op die je met een puntkam kan doen  
3. Je hebt 5 minuten de tijd!

Wie de meeste punten heeft heeft gewonnen!

(Je hebt 2 punten als je als enige groepje het antwoord hebt. Je hebt 1 punt als meerdere groepjes hetzelfde hebben.)

Groepsopdracht

Ice-breaker 15: ABC zinnen

Je krijgt vijf minuten de tijd krijgen om samen een zo lang mogelijke, grammaticaal correcte zin te maken.

De beginletters van de woorden moeten het alfabet volgen. Dus het eerste woord begint met de letter A, het tweede met de letter B, enzovoorts.

Het team dat na 5 minuten de meeste woorden heeft, is de winnaar.

Opdracht in tweetallen

Afsluiting/ Evaluatie

• Vragen?
  
• Wat heeft creatief denken met ondernemend gedrag te maken?