Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Wat is maatschappijleer
1.2 Met wie ben je verbonden?
Slide 1 - Diapositive
Leerdoel
Aan het eind van de les weet je welke soorten bindingen er zijn en kun je uitleggen wat die bindingen zijn.
Je kent het begrip sociale cohesie en waarom dat belangrijk is.
Je kent het begrip polarisatie en kunt hiervan voorbeelden geven.
Slide 2 - Diapositive
Soorten bindingen
economische binding
kennisbinding
gevoelsbinding
politieke binding
Slide 3 - Diapositive
economische binding
Om in je levensonderhoud te voorzien heb je veel economische bindingen:
je ouders --> zakgeld en/of kleedgeld, eten, onderdak
bijbaantje --> je krijgt loon
mensen die jouw voedsel, spullen en kleding maken
Slide 4 - Diapositive
kennisbinding
Hebben te maken met alle mensen die jou iets leren. Dat zijn dus veel verschillende mensen. Dat zijn docenten, je trainers, je vriendengroep, je familie of mensen die je volgt op sociale media.
Slide 5 - Diapositive
gevoelsbinding
Je bent emotioneel verbonden met mensen waarvan je houdt, dus je familie, vrienden en vriend(in). Je hebt namelijk vriendschap, steun en liefde nodig om je gelukkig te voelen. Staan die onder druk, dan kun je je ongelukkig voelen.
Slide 6 - Diapositive
politieke binding
De overheid zorgt voor dingen die wij zelf niet kunnen regelen zoals gezondheidszorg, onderwijs, verkeersveiligheid. Maar zij moeten ons ook beschermen tegen terrorisme en oorlog. Wij kiezen de politici die de belangrijkste besluiten nemen.
Slide 7 - Diapositive
sociale cohesie
Als de bindingen tussen mensen sterk zijn en mensen het gevoel hebben dat zij bij elkaar horen noem je dat sociale cohesie
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Een wij-gevoel zal snel ontstaan als er sprake is van.....?
A
Groepsidentificatie
B
Polarisatie
C
Welvaart
D
Kennis
Slide 10 - Quiz
Welke stelling is juist? Polarisatie:
A
vindt altijd plaats tussen groepen die uit verschillende culturen afkomstig zijn
B
vond twintig jaar geleden nog niet plaats
C
vindt vooral plaats binnen jongerenculturen
D
kan plaatsvinden wanneer een duidelijke wij-groep en zij-groep is
Slide 11 - Quiz
Leg uit hoe polarisatie te herkennen is in Amerika rondom het politiegeweld.
timer
2:00
Slide 12 - Question ouverte
Begrijp je alle genoemde begrippen? Zo nee, welke niet?