Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
voorzetsels 3e en 4e naamval
Werkwoorden met 3e of 4e naamval
Na sommige werkwoorden volgt automatisch de
3e of 4e naamval.
Dit betekent dat je niet meer hoeft te ontleden.
Dus check als eerste op je naamvalschema of één van die werkwoorden in de zin staat.
1 / 13
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
13 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Werkwoorden met 3e of 4e naamval
Na sommige werkwoorden volgt automatisch de
3e of 4e naamval.
Dit betekent dat je niet meer hoeft te ontleden.
Dus check als eerste op je naamvalschema of één van die werkwoorden in de zin staat.
Slide 1 - Diapositive
Werkwoorden met 4e naamval
fragen
Ich
frage
den
Lehrer um Hilfe.
Es gibt
Es gibt
keinen
Kaffee mehr.
bitten
Er
bittet
seinen
Vater um Geld.
Slide 2 - Diapositive
Werkwoorden met 3e naamval
danken
Ich
danke
meiner
Mutter für das Geschenk
gefallen
Das
gefällt
meinem
Bruder nicht.
gehören
Das Handy
gehört
dem
Mädchen (o).
glauben
Ich
glaube
deiner
Schwester nicht.
gratulieren
Er
gratuliert
dem
Lehrer.
helfen
Lea
hilft
ihrer
Oma.
schmecken
Frank
schmeckt
der
Bratwurst (v).
Slide 3 - Diapositive
Voorzetsels met vaste naamval
Er zijn echter ook voorzetsels met een vaste naamval.
Ook hier kijk je als eerste naar je naamvalschema en check of je een voorzetsel met 3e of 4e naamval ziet.
Slide 4 - Diapositive
Voorzetsels met een 4e naamval
durch, für, gegen, ohne , um
Slide 5 - Diapositive
Voorzetsels 3e naamval
aus, bei, mit, nach, seit, von, zu
Slide 6 - Diapositive
Wat moet ik doen om de naamval te bepalen?
1. Staat er een voorzetsel met vaste naamval in?
niet ontleden!
2. Staat er een werkwoord met vaste naamval in?
niet ontleden!
3. Geen voorzetsel, geen werkwoord = ontleden
Daarna bepaal of het om de
der-groep
of
ein-groep
gaat.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Die Blumen sind für .....(zijn) Freundin.
Slide 9 - Question ouverte
Ich schaue aus ....... (het) Fenster (o)
Slide 10 - Question ouverte
Ich gratuliere ....... (mijn) Onkel.
Slide 11 - Question ouverte
Pia fragt ...... (haar) Mutter um mehr Geld
Slide 12 - Question ouverte
Das Handy ist von ....... (jouw) Bruder.
Slide 13 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Werkwoorden 1e 3e 4e naamval + voorzetsels
Octobre 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3 HAVO_Werkwoorden 3e 4e naamval
Janvier 2021
- Leçon avec
36 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2 VWO Werkwoorden 1e 3e 4e naamval + voorzetsels
Janvier 2021
- Leçon avec
38 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3HV Voorzetsels & pers vnw in de 3e & 4e naamval
Novembre 2021
- Leçon avec
21 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
3 HAVO_Werkwoorden 3e 4e naamval
Janvier 2021
- Leçon avec
31 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
4. Werkwoorden met een vaste naamval
Juillet 2022
- Leçon avec
36 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
4. Werkwoorden met een vaste naamval
il y a 25 jours
- Leçon avec
36 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
4T K2 voorzetsels en voornaamwoorden
Décembre 2018
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4