Lesson C: Wonen

• Engels
• MBO
• Studiejaar 1

Lesson C 

Wonen

Aan het einde van de les:

Ken je ruimtes van een woning

Weet je hoe je de woorden "this" en "that" moet toepassen

Weet je hoe je de woorden "then" en "than" moet toepassen

Ken je woorden voor dingen in een huis

Ken je de kleuren in het Engels

Leer je namen voor gebouwen

Doel van de les

Wat weet jij?

Living (wonen)

Aan de slag

Maak opdracht 1, 2 en 3

Can you give me ...............pens?
(de pennen liggen ver af)

1. That
2. This
3. These
4. Those

Do you know .....................girl?
(het meisje staat ver weg)

1. these
2. that
3. this
4. those

Look at .... cars over there

1. This
2. That
3. These
4. Those

Sophie is taller _______ Rick.

1. then
2. than

I am bigger ... you.

1. then
2. than

Aan de slag

Maak opdracht 4

Aan de slag

Maak opdracht

6 en 7

Sleep de Engelse woorden naar de juiste kleuren.

yellow

blue

black

grey

red

green

white

orange

pink

brown

red shirt

blue pants

pink dress

yellow socks

orange shoes

green jacket

Stand up if you are wearing...

Aan de slag

Maak 8 t/m 16

Aan de slag

maak de rest van de oefeningen..............