2.2: Fascisme en communisme

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Startopdracht:

• Kijk je paragraaftoets na, let op je manier van antwoord geven.
• Stel vragen wanneer je een antwoord niet begrijpt of wanneer je feedback op je manier van antwoorden wil.
• Noteer moeilijke vragen die je klassikaal wil bespreken. 

2.2: Fascisme en communisme

Deze les:

• Nakijken/ bespreken paragraaftoets
• afsluiten paragraaf 2.1 leerdoelen en begrippen
• start paragraaf 2.2: fascisme en communisme
• uitleg: Mussolini en dictatuur in Italië
• Aan de slag 

Aan het einde van deze les:

... heb je laten zien dat je sociale, economische en politieke gevolgen van de economische crisis in voorbeelden kunt noemen.

... heb je geleerd hoe Mussolini opkwam in Italië.

... heb je geleerd hoe Italië een totalitaire dictatuur werd.

... heb je gezien of je antwoorden en de manier van opschrijven op de paragraaftoets goed zijn.

... kun je in je eigen woorden de begrippen fascisme en totalitair uitleggen.

Vragen klassikaal bespreken

Afsluiting 2.1:

sociale gevolgen van de economische crisis

Economische gevolgen van de economische crisis

Politieke gevolgen van de economische crisis

2.2: Fascisme en communisme:

De opkomst van Mussolini:

• uitkomst WO I levert voor Italië weinig op (vochten aan de kant van de geallieerden), weinig gebiedsuitbreiding.
• ontevreden veteranen vormden nationalistische knokploegen om meer gebieden te verkrijgen.
• Mussolini leider van de strijdgroep van fascisten 

De opkomst van Mussolini:

• Na WO I chaos in Italië.
• Radicale socialisten organiseren stakingen, rellen en bedrijfsbezettingen.
• Regering staat machteloos
• Vrees voor een communistische revolutie zoals in Rusland 

De opkomst van Mussolini:

• Mussolini vormt de Nationale Fascistische partij.
• Hij is de sterke man die het land gaat redden.
•  radicale ideeën over de samenleving: antidemocratisch, gewelddadig en extreem nationalistisch.
• totalitair: de overheid moet volledig heersen over de samenleving
• Land moet geleid worden door één krachtige leider

Dictatuur in Italië:

• 1922: Mussolini dreigt met geweld als hij de macht niet krijgt.
• Koning is bang voor een burgeroorlog en benoemt hem tot premier.
• Veel politici stemmen hiermee in, ze kunnen Mussolini wel onder controle houden denken ze. 

Dictatuur in Italië:

Maar Mussolini:

• Schakelt in de jaren daarna met terreur zijn tegenstanders uit.
• Verbood hun partijen
• Maakt van Italië een eenpartijstaat met hem als leider.

Totalitaire dictatuur:

• Overheid probeert het denken en doen van de Italianen volledig te beheersen.
• Radio, kranten, films, op scholen, op het werk en op massabijeenkomsten kregen mensen voortdurend te horen hoe ze moesten leven en wat ze moesten denken. indoctrineren.
• 'vijanden van het volk' werden zonder proces gevangen of gedeporteerd

historiek.net

Aan de slag:

• Lees het artikel op de volgende dia
• Beschrijf oorzaken voor het aan de macht kunnen komen van Mussolini.
• Beschrijf wat Mussolini wilde bereiken.
• Leg uit of dat gelukt is.
• Beschrijf hoe er een einde aan de dictatuur van Mussolini kwam.
• Leg in je eigen woorden uit wat de begrippen fasicisme en totalitair betekenen.