toets huidafwijkingen

toets huidafwijkingen
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

toets huidafwijkingen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1) Een zweetklier is een exocriene klier
2) Hormoonklieren zijn endocriene klieren
A
1 en 2 zijn beide onjuist
B
1 en 2 zijn beide juist
C
1 is juist 2 is onjuist
D
1 is onjuist 2 is juist

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een aandoening door bacteriën? (2 antwoorden zijn goed)
A
folliculitis (ontstoken haarzakje)
B
hidradenitis (zweetklierabces)
C
verruca (wratten)
D
tinea pedis (voetschimmel)

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In deze huidlaag bevinden zich de bloedvaten
A
opperhuid, in de basaalcellenlaag
B
lederhuid, in de netlaag
C
onderhuid
D
bindweefsellaag

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Talg houdt de huid en haren vet en soepel?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De lederhuid bestaat uit bindweefsel dat bloedvaten, zenuwen, zweetklieren, haarzakjes en talgklieren bevat.
Stelling: In de lederhuid kan geen temperatuur gevoeld worden
A
De stelling is correct
B
Deze stelling is niet correct

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Acne vulgaris is de 'normale' vorm van acne.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat valt onder hyperpigmentatie?
A
sproeten
B
albinisme
C
vitiligo
D
geen van alle

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

waaruit bestaat de zuurmantel?
A
vet, zweet & stoffen uit het verhoorningsproces
B
vet, zweet & talg
C
talg, zweet & stoffen uit het verhoorningsproces
D
talg, water & stoffen uit het verhoorningsproces

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke groep komt Acne Keloïdalis vaker voor en wordt het geassocieerd met een hoger risico?
A
Vrouwen met een lichte huidskleur
B
Mannen met een donkere huidskleur
C
Kinderen onder de leeftijd van 10
D
Jongeren in de pubertijd

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk overmatig aanwezig hormoon wordt geassocieerd met het ontstaan van acne?
A
Oestrogeen
B
Cortisol
C
Testosteron (Androgenen)
D
Insuline

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de Latijnse benaming voor overmatige transpiratie?
A
Hyperthermie
B
Hyperhidrosis
C
Hypohidrosis
D
Inguinalis

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

UV-A is de slechtste straling van de zon, wat veroorzaakt dit?
A
mooi bruin worden
B
pigment
C
huidveroudering
D
sproeten

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is een blackhead open of gesloten?
A
open
B
gesloten

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bloedvatafwijking is aangeboren?
A
Hematoom
B
Varices
C
Rhinophyma
D
Wijnvlek

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is hyperhidrosis?
A
overbeharing
B
overmatig zweten
C
te weinig zweten
D
een vorm van acne

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer er vocht uit de bloedvaten treed veroorzaakt dit een
A
Rubor
B
Calor
C
Tumor
D
Dolor

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar of niet waar?
''Schoonheidsspecialistes kunnen sproetjes verwijderen''
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat zijn blackheads?
A
witte pustels onder de huid
B
witte pustels op de huid
C
zwarte mee eters

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is sebostase?
A
een vette huid
B
een droge huid

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is seborrhoe?
A
een vette glimende huid
B
een droge huid met schilfers

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je een huid met verminderde voedingstoestand?
A
Rokershuid
B
Atrofische huid
C
Elastosis

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn varices?
A
Een vorm van eczeem
B
Spataderen
C
Parasieten

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is waar over teleangiëctastieën:
A
verwijde haarvaatjes
B
is een talgklierafwijking
C
contra indicatie voor het koeldampapparaat
D
komt alleen op late leeftijd voor

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer pas je een peeling toe?
A
Bij een huid die wat meer kan hebben.
B
bij een gevoelig huid.
C
bij een huid met teleangiëctastieën.
D
bij een huid met onstekingen.

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op het been zit een verwijd adertje onder het huidniveau, wat is dit?
A
spatader
B
bezemrijs

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Alopecia is?
A
extra haargroei
B
haaruitval
C
breekt je haar af
D
een bacterie

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

uit welke Efflorescenties is Rosacea opgebouwd?
A
comedonen, pustels & teleangiëctastieën
B
comedonen, papels & teleangiëctastieën
C
pustels, papels & teleangiëctastieën

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waardoor ontstaat striae?
A
zwangerschap & overgewicht
B
hormonen & overgewicht
C
een groeispurt & hormonen
D
zwangerschap & hormonen

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van onderstaande antwoorden is een talgklierafwijking?
A
Gerstekorrel
B
Spider naevus
C
Teleangiëctastieën

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van onderstaande antwoorden is een verhoorningsafwijking?
A
Gerstekorrel
B
Spider naevus
C
Teleangiëctastieën

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

is psoriasis een bloedvatafwijking?
A
ja
B
nee
C
in sommige gevallen

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is NIET waar over een milia
A
Kleine harde witte korrel
B
Ingedroogd talg
C
Blijvende huidafwijking

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van eelt?
A
temperatuurregeling
B
bescherming tegen de buitenwereld
C
de omgeving waarnemen
D
bescherming tegen alleen de zon

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het verwijderen van milia hoort bij
A
oppervlaktereiniging
B
voorbehandeling van de dieptereiniging
C
dieptereiniging

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een milia is een ander woord voor gerstekorrel. Dit is een opgedroogd stukje talg
A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zit er in een milia?
A
talg
B
vet
C
hoornstof
D
vocht

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is psoriasis?
A
Een auto immuun ziekte
B
Een huidziekte overdraagbaar bij aanraking
C
Een virusinfectie
D
Een bacteriële infectie

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eelt is:
A
Loslatende hoofdhuid
B
Extra dikke hoornlaag

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Psoriasis is besmettelijk
A
ja
B
nee

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eelt is een verdikking van de .........
A
opperhuid
B
lederhuid
C
hoornlaag

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke huidtype komt een milia voor?
A
Gecombineerd met vet
B
Volledig vet
C
Gevoelige huid
D
Droge huid

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

PSORIASIS
A
JA
B
NEE

Slide 43 - Quiz

  • rode gezwollen plekken met witte schilfers
  • jeuk/pijn
  • chronische huidziekte
  • ellebogen/knieën/onderrug
  • voorzichtig met milde shampoo
  • eventueel doorverwijzen naar de huisarts
  • gereedschap reinigen/desinfecteren na behandeling
Een vaste klant heeft een moedervlek. Je ziet dat de moedervlek gegroeid is. De klant vertelt dat de moedervlek jeukt. Wat zeg je tegen de klant?
A
De moedervlek met rust laten en niet krabben.
B
De moedervlek insmeren met een zalf of crème.
C
De moedervlek laten controleren door een dokter.
D
Niet met de moedervlek in de zon gaan zitten.

Slide 44 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een moedervlek?
A
De plek waar vitamine D gevormd wordt.
B
Een verstopping van een zweetklier
C
Opeenhoping van woekercellen
D
Een plaatselijke opeenhoping van pigmentcellen.

Slide 45 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe wordt een moedervlek veroorzaakt?
A
Door de melanine in de lederhuid
B
Een groepje sterk actieve melanocyten in de kiemlaag
C
Door pigmentkorrels die te vroeg actief worden in de opperhuid

Slide 46 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zie je hier een bloeduitstorting?
A
Ja
B
Nee

Slide 47 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

WANNEER KRIJG JE EEN BLOEDUITSTORTING?
A
BIJ EEN ONTWRICHTING
B
BIJ VERZWIKKING
C
BIJ VERSTUIKING
D
BIJ KNEUZING

Slide 48 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions