Blok 3

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Blok 3

Welk getal is het antwoord?

-21

12

-18

16

-25

-4

17

-13

19

-1

Inleiding

In de wiskunde zullen we vaak werken met letters. Deze letters tellen we op of vermenigvuldigen we. Hier leggen we het vermenigvuldigen uit.

Daarna gaan we optellen en vermenigvuldigen combineren

 Je krijgt steeds eerst een stukje theorie met een aantal voorbeelden

Lees dit goed door en maak daarna de opdrachten

Je mag kladpapier gebruiken voor je berekeningen

Vermenigvuldigen 

Vermenigvuldig alle getallen en zet de uitkomst voorop.

5a x 4 =

Zet de letters achter de getallen en haal de keer tekens er tussen weg

-2a x -3 x 2a =

Antwoord

De getallen vermenigvuldigen 5 x 4 = 20

en de letter a blijft 

geeft 20a

Antwoord

min keer min = plus

2 x 3 x 2 = 12

a x a = a²

geeft 12a²

5a x 3 =

1. 8a
2. 15 a
3. kan niet

3a x 6a =

1. 9a²
2. 18a
3. 18a²
4. kan niet

-2b x 4b =

1. -8b
2. -8b²
3. 8b
4. 8b²

-6c x -3c =

1. -9c
2. 18c
3. 18c²
4. -18c²

10a x -2 =

3a x 4 x a x 2

14d x 0 x 17d =

-c x 4 x 2c =

Vul in: 6a² = 3a x .....

maak de opgaven af

15c = 3c x  ....

25c² = -5c x ....

81c² = 9c² x ....

-45c = -9 x ...

36c² = 4c x ....

9c

9

5

5c

-5c

Tussenstand

We kunnen nu optellen en vermenigvuldigen met letters

Nu gaan we optellen en vermenigvuldigen combineren

Eerst nog even een samenvatting van de theorie

met een aantal voorbeelden

Lees dit goed door en maak daarna de opdrachten

Je mag kladpapier gebruiken voor je berekeningen

7a x 3 + 4a =

1. 21a² + 4a
2. 25a
3. 14a
4. 25a²

2d x 5d + 7d =

1. 10d² + 7d
2. 17d
3. 17d²
4. 14d

2 x 6a - 3a x 3 =

1. 21a
2. 12a
3. 3a
4. 3a²

5p x 3p - 5p x -1 =

1. 15p² + 5p
2. 13p
3. 20p
4. 20p²

- 6t² + - 3t x 2t

1. -6t² - 6t²
2. -18t
3. - 12t²
4. -12t

(3a + 2a) x 2a =

1. 10a²
2. 10a
3. 12a²
4. 12a

-6a + 6a =

1. -12 a
2. 12 a
3. 12
4. 0

Welk antwoord hoort erbij?

3a + 2 + 8a + 1 =

10a + 5 - 5a + 4 =

3a x 2 + 8a x 1 =

10a x 5 - 5a x 4 =

11a + 3

5a + 9

14a

30a

5a + 1

24

8 x 3a + 5 x 2a

5 x 2b + 10 x 3b =

4c x 3 + 2 x 3c =

5e x 2 + 10 x 3f =

5 x 3a + 8a x 4 =

Welk getal is het antwoord?

21

12

18

34

25

6

27

13

37

1

Klaar!